NL vecht achter de schermen gewoon voor invoering ISDS

Nederland, voor alles pleitbezorger van de grote bedrijven. En waarom niet met open vizier? Wel, omdat u natuurlijk in 2017 weer uw legitimerende kruisje moet zetten op een stembiljet. Zodat men daarna weer voor jaren de belangen van burgers kan negeren en de eigen goddelijke gang kan gaan. Tenslotte moet geld rollen en de banencarrousel blijven draaien.

Nederland maakt zich met vier andere Europese landen in Brussel sterk voor de invoering in de gehele EU van een omstreden arbitragesysteem tussen staten en investeerders, zo blijkt uit een vertrouwelijke notitie. De lobby is opmerkelijk, omdat Nederland in het openbaar juist pleit voor hervorming en beperking van deze fel bekritiseerde vorm van investeringsbescherming.

Het gelekte document werd donderdag naar buiten gebracht door een internationale coalitie van maatschappelijke organisaties, waaronder het Amsterdamse Transnational Institute (TNI). Met een dergelijk arbitragesysteem (in jargon ISDS geheten, Investor-to-State Dispute Settlement) kunnen bedrijven snel en buiten de reguliere rechtsgang om claims indienen als ze zich gedupeerd voelen door overheidsbeleid. Zulke arbitrage is ook het heetste hangijzer bij de huidige onderhandelingen met de VS over het transnationale handelsverdrag TTIP.

Europese bedrijven die in andere EU-landen zaken doen genieten rechtszekerheid op basis van de regels voor de interne markt. Bij conflicten moeten zij de normale, doorgaans tragere rechtsgang volgen. Niet-Europese bedrijven uit landen waarmee de EU handelsverdragen heeft, kunnen wél gebruik maken van de hierin standaard opgenomen arbitrage. Volgens Nederland, Finland, Oostenrijk, Frankrijk en Duitsland kan dat tot oneerlijke concurrentie leiden.

In hun notitie pleiten de vijf ervoor om de arbitrage Europa-breed in te voeren, zodat Europese bedrijven er óók toegang krijgen. Gebeurt dat niet, zo waarschuwen ze, dan zou dat „prikkels” kunnen veroorzaken om investeringen te verplaatsen naar „buiten de EU”. „Het functioneren van de interne markt zal gecompromitteerd raken.”

Roeline Knottnerus van TNI ziet hierin „een diskwalificatie van de rechtsstaat” en van de interne-markt-regels in de EU. Het kan tot nieuwe discriminatie leiden, want een Europees bedrijf dat niet grensoverschrijdend opereert „moet zich maar behelpen met de gewone rechtsgang”. TNI pleit voor de complete afschaffing van dergelijke arbitrage, omdat de dreiging van claims een verlammende werking op overheidsbeleid zou hebben en bedrijven teveel macht geeft.

Lees verder op het NRC

Vaarwel democratie, hallo CETA?

In een echte democratie hebben parlementen het laatste woord over alle omvangrijke beslissingen. Dat lijkt echter niet het geval te zijn als het aankomt op handelsakkoorden: een clausule in CETA biedt ruimte om grote delen ervan (waaronder de gevreesde investeringsbescherming ISDS) van kracht te laten worden zonder voorafgaande toestemming door een parlement.

Op dit moment zijn bestuurders in heel Europa in alle stilte de implementatie van CETA via deze achterdeur aan het voorbereiden, wat het mogelijk maakt om CETA te laten ratificeren door de Europese Raad zonder tussenkomst van Europese Parlementen. Deze achterdeur werd onlangs volledig democratisch genoemd door het Duitse ministerie van economische zaken.

Dacht je dat het niet erger kon worden? Hou je vast: één zin op pagina 228 van de overeenkomst, bepaalt dat EU-lidstaten drie jaar lang bij de rechter kunnen worden aangeklaagd als zij tegen CETA beslissen. In artikel 30.8 van de CETA-overeenkomst staat dat ISDS-claims kunnen worden ingediend binnen drie jaar na de opschorting of beëindiging van de overeenkomst.

Samengevat: besluitvormers werken momenteel hard aan een voorwaardelijke implementatie van CETA. Dit betekent volgens de Canadese hoofdonderhandelaar Steve Verheul dat waarschijnlijk 95 procent van kracht zal worden als 15 van de 28 EU-lidstaten toestemming geven. Hieronder vallen ook zakelijke rechtbanken, zoals Bernd Lange, voorzitter van de Commissie Internationale Handel van het Europees Parlement heeft toegegeven.
In gewone-mensentaal: zelfs als het Europees Parlement of een nationaal parlement tegen CETA beslist, zal het alsnog geïmplementeerd worden!

Zodra het akkoord voorwaardelijk is geïmplementeerd, kan de overeenkomst voor altijd van kracht blijven, zonder ooit besproken te zijn in een parlement, aangezien er geen deadline zal zijn voor ratificatie door een parlement van de volledige implementatie van het akkoord.

En het wordt nog erger: zelfs als een parlement van een EU-land zou besluiten om CETA af te wijzen, is dat geen geldige reden voor de EU om uit het verdrag te stappen, zoals het wetenschappelijk comité van de Duitse Bundestag bevestigt. Om uit het verdrag te kunnen stappen, is een stemming in de Europese Raad nodig, die niet direct kan worden beïnvloed door lokale parlementen. De democratische beslissing van uw parlement doet daarbij niet terzake.

Lees verder op Stop TTIP en CETA
Teken het EUROPEES burgerinitiatief
Teken het verzoek om een referendum in Nederland over TTIP en CETA

Geef burgers écht het laatste woord over CETA en TTIP

Woensdagavond debatteert de Tweede Kamer over de lessen van het Oekraïnereferendum. Er zal tijdens dit debat ook gesproken worden over toekomstige referendumonderwerpen. Meer Democratie, foodwatch, Milieudefensie en TNI hebben aangekondigd een referendum te willen over CETA en TTIP, als de regering tekent voor deze vrijhandelsverdragen tussen de EU en Canada en de VS. Een petitie met die oproep is inmiddels door bijna 100.000 Nederlanders ondertekend. En we zeggen er iets bij: geef burgers dan ook écht het laatste woord. Laat het verdrag pas in werking gaan bij een ja van de bevolking, en ga terug naar de tekentafel bij een nee.

Voor zo’n CETA en TTIP-referendum kunnen we leren van het Oekraïnereferendum. Over de opkomstdrempel kunnen we lang praten, maar die moet er bij een adviserend referendum eigenlijk helemaal niet zijn. Bij verkiezingen voor de Tweede Kamer bestaat er ook geen opkomstdrempel. De status van een advies hangt niet af van een drempel, maar van de kwaliteit van het debat, het verschil in voor- en tegenstanders en de opkomst. Des te hoger, des te zwaarder het advies.

Een andere belangrijke les ligt op het gebied van internationale betrekkingen en het sluiten van Europese verdragen. Het beeld is ontstaan dat een minderheid in een klein landje als Nederland roet in het eten gooit van de rest. Maar dat klopt niet. De huidige ongemakkelijke situatie is het gevolg van de spelregels binnen Europa. Dit roept om andere procedures om verdragen af te sluiten en niet zoals soms geopperd wordt, om het uitsluiten van Europese verdragen van de referendumwet. Dan gooi je het kind met het badwater weg. Als burgers zich vervreemd voelen van de Europese politiek, moet je de mensen dichterbij halen en niet nog meer op afstand zetten.

Door het ‘nee’ van vorige week zit Nederland inderdaad in een vreemde positie. Zij moet haar steun voor een verdrag dat op 1 januari jl. al grotendeels in werking is getreden weer intrekken. Dat Nederland zich in deze positie bevindt komt omdat de regering in 2014 heeft ingestemd met een zogenaamde ‘voorlopige inwerkingtreding’. Hierdoor kunnen verdragen al van kracht worden voordat nationale parlementen of Europese burgers met een referendum hebben ingestemd. Deze “voorlopige inwerkingtreding” dient bij volgende verdragen geschrapt te worden. Dat is bij zowel CETA als TTIP helaas nog niet het geval. En dat is problematisch. Zo staat in een clausule van CETA dat dit verdrag zelfs bij een “nee” van onze Tweede Kamer toch nog drie jaar lang van kracht zal blijven indien het al voorlopig inwerking is getreden. Dat kan leiden tot de absurde situatie dat er bijvoorbeeld nog drie jaar lang schadeclaims ingediend kunnen worden tegen de Nederlandse staat op basis van een verdrag dat zowel ons parlement als een meerderheid van de bevolking helemaal niet wilden!

Lees deze column van Niesco Dubbelboer (Meer Democratie) verder op Joop

Duitse rechters keren zich tegen TTIP

De organisatie van Duitse rechters heeft zich gekeerd tegen het rechtsorgaan dat wordt opgetuigd voor het Amerikaans-Europese handelsverdrag TTIP. Volgens hen heeft de Europese Unie niet het recht zo’n investeringshof op te richten. Het is ook nergens voor nodig, vinden zij, want bij de gewone rechtbanken zijn de belangen van buitenlandse investeerders in veilige handen.

Daarmee deelt de Deutscher Richterbund de opvattingen van ngo’s zoals Milieudefensie en Oxfam Novib. De bond zette deze week een uitvoerige uiteenzetting van zijn standpunt op zijn website.

Amerika en Europa willen dat een speciaal investeringshof ICS de investeerders gaat beschermen tegen ingrepen van de overheden. Daarmee ontwikkelen ze een nieuwe versie van ISDS, een soort private rechtspraak die de afgelopen decennia in duizenden handels- en investeringsverdragen over de hele wereld is opgenomen. Op die vorm van rechtspraak komt steeds meer kritiek. Investeerders kunnen er makkelijk misbruik van maken, ze claimen absurde schadevergoedingen – die overigens lang niet altijd worden toegewezen – en de bescherming van de investeerder wordt zo ver opgerekt dat de vrijheid van de wetgever wordt ingeperkt.

Die nieuwe versie van ISDS houdt in dat er een staand hof komt, het International Court of Justice, en dat de rechtspraak niet meer wordt gedaan door advocaten die als arbiters worden ingehuurd, maar door rechters. Verder zal deze rechtspraak in de openbaarheid moeten plaatsvinden, terwijl van ISDS-zaken tot nu toe hooguit de uitspraak wordt gepubliceerd.

De Europese Commissie meende met deze nieuwe vormgeving van de rechtspraak de kritiek op de investeringsbescherming te kunnen indammen, maar daar lijkt het tot nu toe niet op. Dat ook een eerbiedwaardige organisatie als de Duitse Rechtersbond de vernieuwingspoging naar de prullenbak verwijst, is een tegenvaller voor Europees Commissaris Cecilia Malmström. Malmström is juist bezig met een goodwill-campagne in Europa om de geesten rijp te maken voor TTIP.

Lees verder op de Volkskrant

Kamer torpedeert referendum over TTIP!

Vaag. Een referendum over Oekraïne of een parlementaire enquête naar de invoering van de euro, dat is allemaal onzin waar 925 zich niet aan moet verbinden, krijgen we wel eens in de comments of de mail; doe het dan over iets dat wel belangrijk is. Een referendum over TTIP, het verstrekkende handelsverdrag met de VS, dat is pas referendumwaardig! Akkoord, laten we even meegaan in die gedachte.

De Partij voor de Dieren pleit er ook al langer voor, een volksraadpleging over TTIP. Tussen en neus en schaam door druppelt het gerucht binnen dat ons parlement reeds hééft gestemd over een mogelijk referendum. Uitkomst: dat referendum komt er NIET.

Lees verder op 925.nl

Nederland speelt cruciale rol in het aanklagen van landen door bedrijven middels ISDS

In het kader van het nieuwe transatlantische handelsverdrag TTIP maken veel mensen zich zorgen over ISDS, een mechanisme waarbij Amerikaanse bedrijven Europese overheden zullen kunnen aanklagen. Dat is opmerkelijk, want investeerder-staatarbitrage wordt al lang gebruikt. Nederland is zelfs claimland nummer 1.

Stel: een land kampt met de ergste economische crisis in decennia. Een op de vier mensen is werkloos, tienduizenden wonen op straat. In twee weken tijd zijn er vijf verschillende presidenten. Om de neerwaartse spiraal te stoppen, besluit de regering voorheen geprivatiseerde sectoren en bedrijven te nationaliseren. Als reactie klagen tientallen bedrijven de staat aan. Ze krijgen gelijk en de staat moet honderden miljoenen dollars schadevergoeding betalen.

Het overkwam Argentinië na de economische crisis begin dit millennium. Met zogenaamde investeringsverdragen had Argentinië buitenlandse investeerders het recht gegeven om het land aan te klagen als ze zich oneerlijk behandeld zouden voelen. Dat gebeurde maar liefst 56 keer. Argentinië staat nu op nummer 1 van de lijst meest aangeklaagde landen.

Arbitrage is een vorm van geprivatiseerde rechtspraak. De investeerder en de staat kiezen allebei een arbiter, en die kiezen samen een voorzitter. Dit tribunaal kijkt, op basis van het betreffende investeringsverdrag, of de klacht terecht is. Een beroepsmogelijkheid is er niet. Dit systeem heet ISDS (Investor-State Dispute Settlement), in advocatentaal: investeringsarbitrage. Plaats van handeling is in veel gevallen de Wereldbank.

De wereld van ISDS is niet transparant. Veel zaken blijven geheim, en er zijn geen goede overzichten met details van de claims die zijn ingediend. Daarom lanceert een groep Nederlandse journalisten vandaag een interactieve kaart, de eerste in zijn soort, met daarop alle ISDS-zaken die ooit in de wereld zijn gevoerd. Bij de kaart hoort een database met informatie over de claims, de uitspraken en de arbiters die er verantwoordelijk voor waren.

Allereerst valt op hoe ISDS in populariteit is gegroeid. Werden er in 2000 nog vijftien claims ingediend, in 2014 alleen waren dat er al bijna zeventig. In totaal zijn er 629 claims bekend.

Behalve Argentinië scoren ook Canada, VS en Mexico hoog. ISDS vormt namelijk een onderdeel van hun vrijhandelsverdrag, NAFTA. Maar dat zegt niet alles. De VS bijvoorbeeld hebben nog nooit een zaak verloren.

Als we de zaken weglaten waar de staat in het gelijk is gesteld, komt een ander lijstje naar voren: Argentinië, Venezuela, India, Mexico, Bolivia. Ontwikkelingslanden dus. Dat maakt duidelijk waarom veel ontwikkelingslanden ISDS zien als neokoloniaal instrument.

Waar komen de claims vandaan? In de lijst met claimlanden staan de VS op één. Nederland wordt verrassend tweede. Als we alleen naar 2014 kijken, dan zien we dat er tegenwoordig zelfs meer claims uit Nederland komen dan uit de VS.

Lees verder op MO

Europese Commissie dreigt TTIP met ISDS in te voeren zonder democratische toets

Ook zonder dat het Europees Parlement erover heeft kunnen stemmen, kan de Europese Commissie handelsverdragen zoals TTIP, CETA en TiSA voorlopig in werking laten treden.

De SP vindt dat onacceptabel, en doet daarom een dringend beroep op de voorzitter van de Europese Raad, Donald Tusk, om dergelijke verdragen niet te ratificeren voordat het Europees Parlement zich erover heeft kunnen buigen. SP-Europarlementariër Anne-Marie Mineur roept haar collega’s op om de brief mede te ondertekenen: “Wij pleiten ervoor om dergelijke verdragen in hun geheel voor te leggen aan de nationale parlementen, en we vinden ook dat er een referendum over moet komen. De handelsbarrières die nu worden weggehaald, zijn in feite de regels die onze vakbondsrechten, onze gezondheid en ons milieu beschermen. Daar moet onze bevolking over kunnen meepraten. Het lijkt er nu op dat deze verdragen zelfs zonder instemming van het Europees Parlement al kunnen worden ingevoerd. Dat mogen de regeringsleiders, verenigd in de Europese Raad, niet laten gebeuren.”

Na het inwerkingtreden van het Verdrag van Lissabon in 2009 is het afsluiten van handelsverdragen een bevoegdheid geworden van de Europese Commissie. Over de vraag of dat ook geldt voor de uitgebreide vrijhandelsverdragen waarover de Commissie op dit moment onderhandelt met onder andere Canada (CETA) en de Verenigde Staten (TTIP), is nog geen jurisprudentie. Mogelijk is er sprake van een gemengde bevoegdheid, en in dat geval moeten ook de nationale parlementen zich over onderdelen kunnen uitspreken. Het advies dat gevraagd is aan het Europees Hof van Justitie over het reeds voltooide verdrag met Singapore kan anderhalf tot tweeënhalf jaar op zich laten wachten. Tot die tijd kan het Europees Parlement zich niet over dit of andere verdragen uitspreken. Het verdrag kan wel al voorwaardelijk in werking treden, inclusief het omstreden ISDS-mechanisme.

Bron: SP

TTIP-critici: u zit ernaast, het wordt véél erger

Er is geen enkele reden om te denken dat het TTIP-verdrag tussen de VS en de EU anders zal zijn dan het TPP-verdrag. De tot nu geheim gehouden tekst van dit verdrag (tussen de VS en landen rond de Stille Oceaan) is openbaar geworden nu het verdrag is ondertekend. De critici blijken het bij het verkeerde eind te hebben: het is veel erger dan ze voorspeld hadden.

Het TTIP-handelsakkoord (Transatlantic Trade and Investment Partnership) tussen de VS en de EU wordt nog steeds onderhandeld. Ondertussen heeft de VS aan zijn andere kustlijn aan de Stille Oceaan zopas een identiek vrijhandelsakkoord afgesloten.

Het TPP-handelsakkoord (Trans Pacific Partnership) omvat 12 landen die samen goed zijn voor 40 procent van de wereldhandel: de VS, Canada, Mexico, Chili, Peru, Nieuw-Zeeland, Australië, Singapore, Brunei, Vietnam en Maleisië. Ook dit akkoord werd in de grootste geheimhouding onderhandeld, dat wil zeggen geheim voor de betrokken bevolking, niet voor de grote bedrijven die met 500 eigen consultants rechtstreeks de teksten van dit verdrag konden schrijven.

Uit het TPP-verdrag blijkt dat het ISDS-mechanisme (Investor State Dispute Settlement) de kern van alles is. Al de rest is bijzaak. Zowat alle vage beloftes die in andere hoofdstukken zijn opgenomen, kunnen (en zullen dus) door de betrokken bedrijven betwist worden in arbitragerechtbanken waarbij nationale wetten (en voor de EU ook de Europese richtlijnen) kunnen opzij geschoven worden als ‘illegale marktverstorende’ mechanismen.

Ook TTIP wordt volledig achter gesloten deuren behandeld. Zelfs de leden van het Europees Parlement krijgen de teksten niet te zien. Onder druk van de publieke opinie heeft de Europese Commissie ermee ingestemd een aangepaste versie van het ISDS-mechanisme voor te stellen (niet ‘op te eisen’) tijdens de volgende onderhandelingsronde.

Het is zo goed als zeker dat de onderhandelaars van de VS een voorstel van de Europese Commissie om ISDS af te zwakken volledig zullen verwerpen. Net als bij het TPP-verdrag is ISDS immers de essentie, de kern waar het echt om draait: de instelling van een mechanisme dat bedrijven het recht geeft om unilateraal democratische wetten naast zich neer te leggen.

Lees verder op De Wereld Morgen