U kunt op 22 mei stemmen op de nieuwe voorzitter van de Europese Commissie. Althans, er is een kansje. Een miniem kansje. U bent niet alleen bij die verkiezingen; honderden miljoenen kiezers in andere Europese landen doen ook een poging de commissievoorzitter aan te wijzen.
Maar toch, mocht dit gaan werken, dan heeft u als kiezer meer rechtstreekse invloed op de persoon van de ‘regeringsleider’ dan u op nationaal niveau heeft. In de Haagse politiek blijft het tobben met dit soort rechtstreekse invloed van de kiezer.
Wist u eigenlijk wel dat de komende verkiezingen voor het Europees parlement dit nieuwtje inhielden? En zo ja, ligt u er wakker van? U kunt kiezen tussen de christen-democraat Jean-Claude Juncker, de sociaal-democraat Martin Schulz of de liberaal Guy Verhofstadt. Spannende keuze. Maar spreken de namen aan? En dan nog; in het onwaarschijnlijke geval dat de namen aanspreken en u een goed idee heeft van de personen, welke politiek staan ze voor?
Een Europese politieke ruimte, een onderling logische set van ideeën over functie en doel van Europese politiek, bestaat niet of nauwelijks. De verkiezingen gaan over een optelsom van nationale programma’s van nationale politieke partijen.