Nieuwe politieke elite zal zich losmaken van onhaalbare jaren ’60.
De nieuwe politieke elite heeft pas de ruimte als de babyboomgeneratie van alle hoge posities is verdwenen. Zij zijn een danig sta-in-de-weg voor het nieuwe denken. Het vasthouden aan de verzorgingsstaat die mensen tot couveusebaby’s maakt, het politiek-correcte denken en het wegkijken voor werkelijke problemen in de samenleving zit tot in de haarvaten van deze generatie. Na de Tweede Wereldoorlog hebben deze huidige ‘oudere jongeren’ zich losgemaakt van hun conservatieve ouders. Nooit meer oorlog was hun credo. Alleen nog maar vrijheid blijheid. Om deze utopische samenleving te creëren werd er afgerekend met het nationalisme. Het omarmen van de eigen identiteit werd gezien als levensgevaarlijk. Die verdomde Duitsers waren immers daardoor ook aan het massamoorden geslagen. Zelfs het rood-wit-blauw werd al als licht fascistisch gezien.
Vanaf het moment dat ze de touwtjes in handen kregen waren zij wereldburgers geworden. Niets zo bekrompen als denken in grenzen, vonden ze. Om te beginnen met Europa, waar nooit meer oorlog zou komen als iedereen maar, via nivellering, een gelijke sociaaleconomische positie zou krijgen en met dezelfde munt zou betalen. Soevereiniteit en eigen identiteit waren scheldwoorden geworden en iedereen was welkom in het utopische continent. Daarom werden de poorten opengezet voor vreemdelingen, die met alle warmte werden opgevangen, en zich vooral niet hoefden aan te passen aan de gastheer. Hoe meer hoe beter, immers zou de hele planeet een smeltkroes worden waar love, peace and happiness de manier van denken zou zijn.