De Grieken kunnen 20 september naar de stembus. De regering ging gisteren ten onder aan aanhoudend geruzie over de bezuinigingen. Premier Alexis Tsipras zag lange tijd met lede ogen aan hoe de leden van zijn Syriza-partij elkaar in de haren vlogen, maar gaf er de brui aan.
Hoe anders was dat begin van dit jaar. Gejuich. Tsipras zwaait. Lacht van oor tot oor. Hij is helemaal de man als zijn partij in januari de verkiezingen wint. Tsipras zal nooit toestaan dat Europa bepaalt wat het noodlijdende Griekenland moet doen om er weer bovenop te komen.
Nu, acht maanden later is de lach verdwenen. De enige zwaai is die van zijn vertrek. Met een gezicht op onweer vertelt Tsipras op de Griekse televisie dat het goed is geweest dat zijn regering alles op alles heeft gezet om te voldoen aan de voorwaarden voor een nieuwe lening van 86 miljard euro. „Nu die is toegekend voel ik de diepe morele plicht om mijn handelen ter beoordeling voor te leggen aan de kiezer”, aldus Tsipras. Kortom, als de Grieken zijn pro-Europese koers steunen, doet hij opnieuw een gooi naar het premierschap.
Kort daarna beent hij naar de president om het ontslag van zijn regering aan te bieden. Dat maakt het mogelijk om vervroegde parlementsverkiezingen uit te schrijven, die vrijwel zeker op 20 september zullen worden gehouden.
Binnen zijn Coalitie van Radicaal Links (Syriza) woedt al weken een felle opstand tegen de voorwaarden van de noodlening. In ruil voor het geld willen de Europese Unie (EU), de Europese Centrale Bank (ECB) en het Internationaal Monetair Fonds (IMF) dat Griekenland zware bezuinigingen doorvoert en de belasting verhoogt.
Tsipras verbreekt zijn verkiezingsbelofte door toch te doen wat de geldschieters van hem vragen. Tot grote woede van zijn partijleden. Tientallen Syriza-parlementariërs verwijzen de hervormingsplannen naar de prullenbak of onthouden zich van stemming. Ze slaan daarna aan het muiten.
De minister van Defensie schreeuwt woorden als chantage. Voormalig minister van Financiën Yanis Varoufakis laat Tsipras als een baksteen vallen. De onderminister van financiën treedt af. De minister van Energie stapt woedend op omdat Griekenland weigert Europa de rug toe te keren.
De regering blijft ook deze maand wankelen onder interne rebellie. Twaalf Syriza-afgevaardigden tekenen een verklaring waarin ze oproepen tot verzet tegen de door Europa en het IMF geëiste hervormingen. Tsipras kan zijn partij alleen nog behoeden voor een implosie door de bezem er eens flink doorheen te halen, zeggen zijn medestanders. Maar dat laat hij na.
De premier zegt dat hij geen keus heeft. Het land heeft dringend geld nodig. De Griekse economie is met een kwart gekrompen. Een op de vier Grieken is werkloos. Tsipras móet de Europese eisen inwilligen in ruil voor een krediet en onderhandelingen over eventuele kwijtschelding van de inmiddels torenhoog opgelopen schulden. Bovendien is het de enige manier om Griekenland binnen de eurozone te houden. Dat is volgens opiniepeilingen ook de wens van het overgrote deel van de Griekse bevolking.
Vanwege het gemor onder de Syriza-politici zien de Grieken en Europa de vervroegde verkiezingen al een tijdje aankomen. Tsipras wacht tot het eerste deel van de nieuwe noodlening – 23 miljard euro – binnen is. Nog op de dag dat het geld is overgemaakt betaalt de Griekse regering een lopende rekening af bij de Europese Centrale Bank. Een paar uur later vertelt Tsipras de Grieken dat hij er mee stopt. Zoals gebruikelijk met een opengeknoopt hemd en zonder stropdas. Want, heeft de premier altijd gezegd, die gaat hij pas dragen als het hem is gelukt de schulden van zijn land terug te brengen. Daarvoor zullen de Grieken hem opnieuw moeten kiezen.
Dit artikel is van Gerben van ‘t Hof uit de Gelderlander van 21 augustus 2015