TTIP protectionistisch

In september dit jaar stemt het Europees Parlement over regelgeving voor handelsgeheimen. Een voorloper op TTIP. Volgens mij is het een weinig liberaal voorstel dat privileges versterkt en concurrentie belemmert. Ik hoop op wat meer aandacht hiervoor.

Minister Ploumen stuurde op 8 juni 2015 een brief naar de tweede kamer over TTIP. De minister informeerde de kamer over de manier waarop TTIP zal worden gebracht aan het publiek. En informeren is nodig, want het publiek maakt zich zorgen. Terwijl er toch zoveel moois staat in het verdrag. Of niet?

“Sinds juli 2013 onderhandelt de Europese Unie (EU) met de Verenigde Staten (VS) over een handelsverdrag, het Transatlantic Trade & Investment Partnership (TTIP). TTIP is een complex dossier en strekt zich uit over vele onderwerpen van handel in chemicaliën tot dierenwelzijn en van voorschriften voor cosmetica tot democratische besluitvorming. Goede informatievoorziening over TTIP is dan ook cruciaal. In deze brief informeer ik u over de wijze waarop het kabinet en de Europese Commissie het publieke debat organiseren en de samenleving bij TTIP betrekken.”

Een TTIP-postbus waar burgers vragen kunnen stellen, overleg met politieke partijen, consultatie van stakeholders en publieke optredens, dat zijn de vier pijlers die Ploumen noemt. Omdat er veel kritiek is op de geheimzinnigheid rond het handelsakkoord, zijn inmiddels ook veel ‘onderzoeken’ gepubliceerd. Maar goede informatievoorziening is nog wat anders.

Doel van TTIP is ‘groei en banen te creëren’. Dat weten we inmiddels wel uit de populaire media. Hoe? Door handelsbelemmeringen weg te nemen. Minister Ploumen zegt in haar brief: “TTIP zal extra werkgelegenheid opleveren door de verwachte toename van de export.” Nogal kort door de bocht volgens mij. Toename van export leidt zeker niet zonder meer tot meer banen. En een verwachting natuurlijk al helemaal niet. Maar vooruit: de verwachte toename van de export, waar komt die vandaan?

In maart 2013 publiceerde het Centre for Economic Policy Research, London, in opdracht van de Europese Commissie, het rapport Reducing Transatlantic Barriers to Trade and Investment, An Economic Assessment. Het Centre heeft met een economisch computermodel de effecten van TTIP doorgerekend. De conclusies uit het model zijn dat de netto export van Europa over 12 jaar, vanaf 2027 dus, met 0,8% zou kunnen stijgen. Het bruto nationaal product zou 0,48% meer kunnen bedragen dan zonder TTIP. Het rapport zegt daarbij niets over koopkracht, inflatie en werkgelegenheid. 0,48% is niets. De twee decimalen geven een schijn van nauwkeurigheid. En 0,48% plus wordt net zo makkelijk 0,48% min. Een dergelijke afwijking in een econometrisch model is eerder regel dan uitzondering. Geen onderbouwing van groei en werkgelegenheid dus. Er moet iets anders zijn dat TTIP aantrekkelijk maakt.

Ploumen probeert er nog een:

“Met name het Nederlandse midden- en kleinbedrijf (mkb) kan van TTIP profiteren, zo blijkt uit recent onderzoek van de Europese Commissie.”

Hoe zo ‘met name’? Het onderzoek dat hier wordt aangehaald, zegt alleen dat 28% van de Europese export naar de VS momenteel van het mkb komt. En dat de geraadpleegde mkb’ers (acht stuks uit Nederland) desgevraagd laten weten dat ze de huidige regelgeving soms ondoorzichtig vinden. Nergens blijkt uit het onderzoek dat het aandeel van het mkb in onze export toeneemt als gevolg van TTIP. Sterker nog: veel economen en politici waarschuwen juist dat de intensivering van de handel met de Verenigde Staten innovatie en kleinschalige productie bedreigt.

Maar Ploumen ziet gelukkig nog andere voordelen:

“Bovendien kunnen de EU en de VS met TTIP een voortrekkersrol vervullen in het verder uitbouwen van het multilaterale handelssysteem. TTIP zou daarmee kunnen bijdragen aan het neerzetten van nieuwe standaarden voor de gehele wereld, bijvoorbeeld op het gebied van investeringsbescherming of voor sociale en milieustandaarden.”

Nieuwe standaarden voor de hele wereld? Toe maar. Maar wat voor standaarden, voor wie en waarom? Het werk van commerciële denktanks biedt hier uitkomst.

Lees dit geweldige artikel van Liesbeth van Herk verder op de website van HENS Vermogensbeheer >>>