Mist in de driehoek Ankara-Brussel-Den Haag over de toetredingsonderhandelingen met Turkije. Het CDA trekt aan de bel.
Toen de Europese Commissie in november vorig jaar een vluchtelingendeal sloot met Turkije werden er ook afspraken gemaakt over toetredingsonderhandelingen. Juncker bevestigde naar nu blijkt per brief aan de Turkse premier Ahmet Davutoğlu dat voorbereidende documenten over energie, onderwijs en niet onbelangrijk, de drie grote hoofdstukken over mensenrechten, democratie en gemeenschappelijk buitenlands beleid, in het eerste kwartaal van 2016 afgerond moeten zijn. Probleem: in december zei premier Rutte tegen de Tweede Kamer dat de Europese Commissie in ‘het voorjaar’ van 2016 de ‘voorbereidende documenten’ zal ‘voorbereiden’.
CDA: Waarom zit er zoveel ruimte tussen Juncker en Rutte?
Inderdaad, een bizar woordenspel van Rutte dat CDA-Kamerlid Pieter Omtzigt niet is ontgaan. Volgens het tijdspad van de Europese Commissie is de deadline voor deze documenten 1 april. Daarna doemt de politieke vraag op: gaat Europa op dat moment echt de onderhandelingen open met Turkije over deze grote en belangrijke hoofdstukken. Daarvoor is instemming nodig van elk van de 28 landen van de Europese Unie.
Niet onbelangrijk omdat Nederland tot 1 juli het Europees voorzitterschap bekleedt. En waarom zit er zoveel ruimte tussen de uitlatingen van Juncker en die van Rutte, wil de christen-democraat van Rutte weten. En in de brief van Juncker wordt geen enkel voorbehoud gemaakt. Met de militaire acties die Turkije tegen haar eigen Koerdische bevolking voert, lijkt het zeer ongepast om nu over mensenrechten te praten, terwijl Turkse tanks in steden rondrijden en schieten. Maar heeft de Unie nog wel enige ruimte om nee te zeggen?