Moderne slaven houden onze globalisering overeind

Professor Jonathan Holslag gruwt van hoe de globalisering momenteel werkt. ‘De decadente Europese middenklasse is zijn eigen graf aan het graven’, waarschuwt hij. ‘Ze kan beter nadenken over hoe het anders kan.’

Op zijn Facebookpagina reageert professor Jonathan Holslag (VUB) op een reportage van ATV. Daarin komt een Roemeense truckchauffeur aan het woord die vertelt dat hij zijn werk haat en dat hij onverantwoord lang moet blijven rijden van zijn baas. ‘Ik wil ook naar huis kunnen gaan en mijn kinderen zien’, zegt de chauffeur met een krop in de keel. ‘Maar mijn twee kinderen hebben het geld nodig.’

De reportage heeft Holslag duidelijk geraakt. ‘Dit zijn de moderne slaven die onze globalisering overeind houden’, schrijft hij. ‘De katoenplukkers in Tadzjikistan die hun eigen natuur kapotmaken om onze T-shirts te kunnen produceren, de Aziatische arbeidsters die aan 1 euro per dag onze rommelwinkels vullen, de Filipijnse matrozen die de containerschepen bemannen, de Roemeense truckers die de containers naar onze warenhuizen brengen, de arbeiders van Fernand Huts die zonder vast contract alles in dozen mogen stoppen en de winkelbediendes die de meuk eveneens aan een hongerloon aan de gezapige Europese middenklasse mogen verkopen.’

F*ck Davos

Zelfgenoegzaam zwelgen in eigen zaligheid. Dat is het beeld dat opdoemt uit de commentaren van de babbelende kaste op het electorale succes van Donald Trump.

Laat er geen misverstand over bestaan: ook ik vind de man grof en abject. Ook mijn ziel krimpt ineen bij het beluisteren van zo veel racisme en seksisme. Maar de lachspiegel die hij ons voorhoudt toont het exacte tegendeel van de eigen voortreffelijkheid die de elite erin wil lezen. Trump demonstreert namelijk haarfijn het volstrekte electorale failliet van de neoliberale consensus. Kiezers hebben schoon genoeg van die technocratische ‘derde weg’ die ook bij ons nog altijd boven de politiek hangt. U weet wel: primaat van de markt; einde van de natiestaat; leve de Europese Unie; meer vrijhandel en globalisering; minder regels en bescherming; ‘einde van de geschiedenis’. Noem het de Davos-consensus, naar dat elitefeestje dat iedere winter in het gelijknamige bergdorpje wordt gehouden.

In 2005, vlak na de herverkiezing van George W. Bush, publiceerde de Amerikaanse journalist Thomas Frank zijn voortreffelijke What’s the Matter with Kansas?. Daarin beantwoordt hij de vraag waarom kwetsbare Amerikanen presidenten kiezen die hun klassenbelangen aan hun laars lappen. Het programma van Bush jr. beloofde immers belastingverlaging voor de rijken en meer ellende voor de armen. Het antwoord van Frank luidde kort en goed: ‘vals bewustzijn’. Verdoofd door de vermogensroes van stijgende huizenprijzen hebben conservatieve Amerikanen vijftien jaar lang immateriële kwesties – abortus, wapenbezit, migratie, homohuwelijk – laten prevaleren boven materiële.

Er was een financiële crisis voor nodig om deze post-historische illusie aan flarden te rijten. Waar Trump en Sanders elkaar raken is in hun keiharde kritiek op de Davos-consensus. En op het politieke establishment dat blij blozend het bergdorpje pleegt te frequenteren. Zowel de vastgoedtycoon als de zelfverklaarde socialist grossiert in uitspraken als ‘stop TTIP’, ‘verbied belastingontwijking’, ‘breek de banken op’, ‘draai de vrijhandelsverdragen terug’ en ‘snij de band tussen politiek en grootbedrijf door’. Ook Sarah Palin tamboereert op dit thema: f*ck Davos. Het zijn de politieke spiegelingen van een economische winter die zich dankzij de crisis niet langer laat verbergen.

Lees deze column van Ewald Engelen verder op De Groene Amsterdammer

Eurocrisis: hervormingen alleen zijn niet voldoende

Het beleid van Merkel koerst op ‘gleichschaltung’ van de eurozone economieën. Die moeten hervormen om structurele economische groei mogelijk te maken. Hervormingen als tovermiddel voor de crisis? Sommige zijn onvermijdelijk, maar hervormingen alléén lossen de fundamentele economische problemen niet op.

‘Hervormen, hervormen, hervormen,’ zo luidt het Brusselse mantra dat wordt uitgedragen door het triumviraat trojka, bestaande uit vertegenwoordigers van de Europese Commissie (EC), de Europese Centrale Bank (ECB) en het Internationale Monetaire Fonds (IMF). Met ‘hervormen’ wordt dan een keur aan maatregelen bedoeld, zoals: het verminderen van de regeldruk zowel bij het opstarten van nieuwe ondernemingen als bij bestaande ondernemingen; aanpassingen van de arbeidsmarkt, dat in de praktijk vooral betekent dat de huidige rechtspositie van werknemers verslechtert, met name waar het gaat om ontslagbescherming en ww-duur; beëindiging allerlei ‘beschermde’ beroepen (het moet makkelijker worden om tot een bepaalde beroepsgroep toe te treden); aanpassing van de pensioenen, dat in de praktijk neerkomt op verhoging van de pensioenleeftijd en lagere pensioenuitkeringen.

Lees dit artikel van Jean Wanningen verder op FTM >>>

Europa is al veel te veel één markt

Noord- en Zuid-Europa Europa wacht een grote botsing, omdat het noorden zijn waarden opdringt aan het zuiden.

Het nu voor eventjes bezworen Griekse euro-drama is niet een toevallige, voorbijgaande eruptie, maar vormt een bescheiden voorbode van de onderliggende cultuurpolitieke clash die ons de komende jaren in nog veel grotere hevigheid te wachten staat, indien Brussel haar centralisatieplannen mocht doorzetten. Meer economische eenheid dwingt, als gevolg van concrete uniformerende maatregelen die die ene onbegrensde Europese binnenmarkt ten dienste staan, ook meer culturele eenheid af. Dat raakt dan aan de way of life, zoals die in de diverse natiestaten als essentieel voor de eigen identiteit wordt beleefd.

Nu Noord-Europa structureel economisch sterker is dan Zuid-Europa dringt de ene helft haar normen – en de daaraan gerelateerde levenswijze – op aan de andere. Zoals al is gebeurd op het monetaire vlak, wat in het Zuiden tot grote sociale problemen heeft geleid die de politieke stabiliteit ondermijnen. De protesten van de Franse boeren vormen er een voorbode van: zij krijgen de steun van de eigen regering, maar die weet niet wat ze, gezien de rigide Europese kaders, kan doen.

In de Volkskrant van 25 juli stond een leerzaam stuk van Peter Giessen over leven op z’n Frans, gewijd aan Nederlandse migranten die zich ginds ‘verlost voelen van de vervreemdende discipline van het Nederlandse arbeidsleven, met zijn vergadercircuit, steeds weer terugkerende reorganisaties en telkens opnieuw vastgestelde targets’.

Giessens constateringen kan men geografisch breder trekken. Scherp geformuleerd: in het protestantse Noorden is de door de elite uitgedragen moraal dat men leeft om te werken, in het katholieke Zuiden dat men werkt om te leven.

Lees deze column van Thomas van der Dunk verder op de Volkskrant >>>

Zin en onzin van het begrip neoliberalisme

Steeds meer linkse en ook nationalistische politici noemen het neoliberalisme als de oorzaak van zo ongeveer alles dat fout gaat.

Zoals Wikipedia ook aangeeft, is neoliberalisme een begrip dat op verschillende manieren wordt gebruikt, maar de laatste jaren vooral in een negatieve betekenis. De periode van de jaren tachtig (Reagan/Thatcher) met de sterke invloed van de monetarist Milton Friedman op de achtergrond, wordt wel beschouwd als de hoogtijdagen van het neoliberalisme. In deze periode werd sterk geloofd in de werking van de vrije markt, in deregulering, belastingverlaging als stimulans voor economische groei en een beperkte rol voor de overheid.

Volgens Nigel Farage zijn we in het huidige mondiale economische systeem steeds meer slachtoffer van onze eigen economie. De UKIP-leider wijt dit aan drie factoren: “a lethal combination of big government, big banks and big business”. Farage pleit ervoor het kapitalisme opnieuw te definiëren. Farage spreekt overigens consequent van corporatism, waar anderen het begrip neoliberalisme gebruiken.

Het lijkt erop dat de omklemming door deze drie krachten (big government, big business, big banks) steeds wurgender wordt en gepaard gaat met steeds meer financiële repressie door banken en multinationals, zoals vorige week goed uitgewerkt werd in dit artikel van Jan van Gemeren. Van Gemeren wijst er terecht op dat vrijhandelsverdragen tegenwoordig in feite multinationalverdragen zijn.

We zijn in een snel tempo bezig het westerse systeem van liberale democratie, dat altijd gekenmerkt werd door soevereine natiestaten met een kapitalistische vrije markteconomie, in te ruilen voor een supranationaal systeem gebaseerd op van bovenaf opgelegd eenheids- en gelijkheidsdenken, aangestuurd door overheden, grote banken en multinationals. Daarbij worden centrale banken steeds machtiger en treden ver buiten hun doelstelling en mandaat. Navrant is dat dit systeem in de praktijk juist toenemende ongelijkheid produceert, zowel in inkomen en vermogen als in macht.

Lees deze column van Jan Gajentaan verder op De Dagelijkse Standaard