Nieuw EU investeringsfonds gaat PvdA-ers boven de pet

‘Er zijn naamkaartjes,’ zegt de bode. ‘Dan weten de mensen tegen wie ze het hebben.’ Er komt een hele delegatie een kleine vergaderzaal van de Tweede Kamer binnen. Het is een geheel onbekend gezelschap. Dinsdag is eurocommissaris Jyrki Katainen op bezoek. Wie van deze delegatie de eurocommissaris is, is voor buitenstaanders een raadsel totdat iedereen gaat zitten. Katainen zit bij zijn naambordje. Europese politiek gaat altijd over onbekende politici. De Kamerleden stellen zich voor, want ook Katainen heeft geen idee met wie hij een gesprek voert.

De commissie Financiële Zaken heeft een gesprek met Katainen, maar veel leden laten op zich wachten. Meer dan de helft van de acht Kamerleden komt pas binnen als het gesprek al is begonnen. Het is tekenend hoe belangrijk het bezoek van Katainen is, al zeggen alle Kamerleden dat ze erg blij zijn dat hij is op komen draven. Ook voorzitter Pieter Duisenberg (VVD) is erg blij want het gesprek gaat ‘over groei en banen.’

Dat is een opvallend globale samenvatting. Katainen komt praten over een nieuw Europees investeringsfonds (EFSI). Hij vindt het erg belangrijk nationale parlementen te informeren over deze kwestie. Er zijn in Europa momenteel te weinig investeringen en dat probeert dit nieuwe fonds te verhelpen. Een deel van de Europese economie is niet concurrerend genoeg en het nieuwe fonds lost dit op. Het fonds bevat een enorm bedrag wat uitgegeven kan worden om op Europees niveau investeringen te stimuleren. Critici zouden het ‘het rondpompen van geld’ noemen.

Het verhaal van Katainen laat zich makkelijk samenvatten: het staat qua diepgang gelijk aan dat van de gemiddelde Europese voorlichtingswebsite voor een breed publiek. Gedetailleerd is zijn verhaal zeker niet. Hij schat de kennis van de Kamerleden kennelijk niet erg hoog in. Die inschatting blijkt deels terecht. Het investeringsfonds is een zeer ingewikkeld dossier, maar Kamerleden als Duco Hoogland (PvdA) presteren het geen enkele inhoudelijke vraag te stellen. Anderen spelen als een verveelde scholier met hun mobiel. Henk Nijboer (PvdA) lacht hardop over de boodschapjes die binnenkomen.

Lees dit artikel van Chris Aalberts verder op The Post Online

Wat is er fout aan het nieuwe Europese miljardenfonds?

Juncker wil met het nieuwe investeringsfonds EFSI een lokkertje van 21 miljard euro uitgooien om een walvis van 315 miljard euro aan investeringen te vangen. Dat gastauteur Pieter Cleppe Juncker een slechte visser vindt, valt op te maken uit zijn prangende vragen plus bijbehorende antwoorden hierover. Hoe het wél moet, vertelt hij er graag bij.

Het nieuwe zogenaamde miljardenfonds van Europese Commissie-voorzitter Jean-Claude Juncker zou moeten dienen om investeringen te doen en zo de Europese economie weer aan te zwengelen. Het kreeg de naam European Fund for Strategic Investments, met bijhorend acroniem EFSI en zou uiteindelijk tot 315 miljard euro moeten helpen injecteren in de Europese economie. EFSI doet doet heel wat vragen rijzen.

Is de financiële injectie wel 315 miljard euro? Moet het niet min 315 miljard euro zijn?
Het Juncker-plan voorziet dat 21 miljard euro wordt gebruikt als lokmiddel om investeerders te verleiden om 315 miljard euro uit te geven aan allerhande projecten. Als het misgaat, zullen die 21 miljard aan publieke middelen dienen om de eerste verliezen op te vangen, aldus de Europese Commissie. Belangrijke mogelijke investeerders gaven echter reeds te kennen dat het onrealistisch was om zo’n hoog bedrag aan investeringen te verwachten. De Italiaanse grootindustrieel Rodolfo De Benedetti noemde de 21 miljard zelfs openlijk ‘peanuts’. Het doet denken aan de pogingen in 2011 om één van de Europese noodfondsen, het EFSF, via eenzelfde manier te “leveragen”. Dat mislukte eveneens, voornamelijk omdat ook daar de “subsidie” om te investeren te beperkt was.

In de economie geldt bovendien: ‘There ain’t no such thing as a free lunch’.

Lees verder op Follow The Money

Het kleine Brusselse potje droomt van grootse daden

Roepnaam: Efsi. Het jongste product van de beproefde Brusselse afkortingenmachine, geboren op 26 november 2014, moet een wonderkind worden, niet het zoveelste bureaucratische gedrocht.

Dat is de ambitie achter het Europese Fonds voor Strategische Investeringen (Efsi), dat de Europese Commissie gisteren met veel tamtam presenteerde in Straatsburg. Van dit plan wordt veel verwacht. Het moet het vertrouwen in de langdurig kwakkelende economie van de Europese Unie terugbrengen. “Wij bieden hoop aan miljoenen Europeanen die gedesillusioneerd zijn na jaren van stagnatie”, zei commissievoorzitter Jean-Claude Juncker.

Zijn toespraak voor het Europees Parlement was misschien wel de belangrijkste in zijn lange politieke leven. “Ik heb een visioen van schoolkinderen in Thessaloniki die een spiksplinternieuw klaslokaal binnenlopen, vol met computers. Ik heb een visioen van een Franse forens die zijn elektrische auto oplaadt langs de snelweg op dezelfde manier waarop we vandaag benzine tanken.”

Dat is de ambitie achter het Europese Fonds voor Strategische Investeringen (Efsi), dat de Europese Commissie gisteren met veel tamtam presenteerde in Straatsburg. Van dit plan wordt veel verwacht. Het moet het vertrouwen in de langdurig kwakkelende economie van de Europese Unie terugbrengen. “Wij bieden hoop aan miljoenen Europeanen die gedesillusioneerd zijn na jaren van stagnatie”, zei commissievoorzitter Jean-Claude Juncker.

Zijn toespraak voor het Europees Parlement was misschien wel de belangrijkste in zijn lange politieke leven. “Ik heb een visioen van schoolkinderen in Thessaloniki die een spiksplinternieuw klaslokaal binnenlopen, vol met computers. Ik heb een visioen van een Franse forens die zijn elektrische auto oplaadt langs de snelweg op dezelfde manier waarop we vandaag benzine tanken.”

Lees dit artikel van Christoph Schmidt verder op Trouw