Bom tikt nog onder Draghi’s opkoopprogramma

Het is nooit in praktijk gebracht, is gebaseerd op een pocherige uitspraak van een Italiaan in een bankierspak en is nooit verder gekomen dan een persbericht. Maar het obscure Outright Monetary Transactions-programma (OMT) van de Europese Centrale Bank redde de eurozone in 2012 wel van de dreigende ondergang, dus in Frankfurt en vele hoofdsteden wordt opgelucht ademgehaald nu Europa’s belangrijkste juridisch adviseur het een goed plan vindt.

Ieder ander oordeel zou onvoorzienbare gevolgen kunnen hebben aan de vooravond van Griekse verkiezingen, die indirect opnieuw over de toekomst van de euro gaan. De OMT’s werden in september 2012 in het vooruitzicht gesteld voor eurolanden die geen geld meer kunnen lenen. Dat gebeurde omdat de kapitaalmarkt geen vertrouwen meer had in de toekomst van de eenheidsmunt. ECB-president Mario Draghi vervulde er zijn belofte mee ‘alles wat nodig is’ te zullen doen om de euro te redden.

‘En geloof me, het zal genoeg zijn’, zei hij erbij. En ‘binnen ons mandaat’, beloofde hij. De tegenstanders maakten eruit op dat de bank als ‘lender of last resort’ zou optreden voor zwakke eurolanden en dat dat nou juist niet conform het mandaat van de centrale bank is. Het Duitse grondwettelijk Hof in Karlsruhe vindt dat ook, maar liet een definitief oordeel over die vraag — die immers betrekking heeft op de bepalingen in het EU-verdrag — over aan het Europese Hof van Justitie.

De advocaat-generaal van het Hof, die de rechters adviseert, maar niet altijd gelijk krijgt, besteedt een groot deel van zijn juridische overdenkingen aan de vraag of het Hof in Karlsruhe zich wel zal neerleggen bij een oordeel van het Hof. De eigenzinnige Duitse rechters tonen zich volgens advocaat-generaal Pedro Cruz Villalón ‘ambivalent’ over het laatste woord hierover. Luxemburg kan wel oordelen dat OMT conform het EU-verdrag is, maar dan blijft de vraag over of het Verdrag dan niet in strijd is met de Duitse grondwet.

Lees verder op het Financieele Dagblad

Nieuwe aanklacht bij Duits Constitutioneel Hof over bankenunie

Het Constitutioneel Hof te Karlsruhe in Duitsland krijgt van een groep professoren opnieuw de vraag voorgelegd of het Europese financiële beleid de Duitse grondrechten schaadt.

De professoren hebben afgelopen week een klacht ingediend tegen de gezamenlijke Europese bankentoezichthouders met de vraag of de bankenunie, die op dit moment wordt opgetuigd en in november operationeel moet zijn, wel legitiem is.

“De bankenunie heeft geen wettelijke basis in de Europese Verdragen en vormt dus een schending van de grondrechten”, zegt de Berlijnse advocaat Markus C. Kerber (foto), hoogleraar Openbare Financiën en Economische Politiek en de initiatiefnemer van de grondwettelijke klacht.

De rechters spraken in het voorjaar al een kritisch oordeel uit over het aankoopprogramma van staatsobligaties van de Europese Centrale Bank. Nu gaat het opnieuw om de vraag of de Europese verdragen te ver worden opgerekt.

De regels voor het gemeenschappelijk bankentoezicht “ontberen elke gezagsbasis”, zegt Kerber, “en vormen de eerste stap naar een eerder niet aanwezige aansprakelijkheid van de Duitse belastingbetaler voor banken die buiten het nationale toezicht vallen.”

In een toelichting verwijst Kerber naar het gemeenschappelijke bankentoezicht als “voorlopig hoogtepunt van een eigenmachtige regering te Brussel”. Het gezamenlijke toezichtmechanisme (Single Supervisory Mechanism: SSM) onder auspiciën van de ECB is uitsluitend gebaseerd op artikel 127 van de EU-verdragen. Daardoor is het mogelijk voor het Ministerie van Financiën om “specifieke taken met betrekking tot het bedrijfseconomisch toezicht op kredietinstellingen” over de dragen.

De SSM-regelgeving gaat echter duidelijk verder, vinden de appellanten. De ECB wordt verondersteld vanaf 4 november in eerste instantie alleen het toezicht te verkrijgen op 120 grote banken. Maar gelijktijdig krijgt zij echter de bevoegdheid het toezicht over elke andere bank in het eurogebied naar zich toe te trekken, indien zij dat nodig acht. Het EU-verdrag voorziet hier niet in, concludeert Kerber.

Ook in de besluitvormingsstructuren zien de professoren een schending van het verdrag. Want formeel gezien kan alleen de 24-koppige Raad van Bestuur van de ECB besluiten nemen. Bij toezichtaangelegenheden echter beslist in feite een zelf gecreëerd orgaan, de Raad heeft slechts vetorecht. In feite zal een nieuw orgaan worden gemaakt. Initiatiefnemer Kerber concludeert: “Europees toezicht op de banken kan alleen door een verandering van het EU-verdrag worden ingevoerd.”

De eisers beschuldigen de federale regering van het bewust achterhouden van de risico’s voor het publiek. Naar hun mening heeft de bankenunie vooral tot doel het – tot nu toe alleen voor staten beschikbare – noodfonds ESM te willen gaan gebruiken voor het saneren van noodlijdende banken.

“Zo zal, wat bij de strijd om de toepassingsmogelijkheden van het ESM in eerste instantie door Duitsland niet toegestaan werd, nu via een bankenunie alsnog doorgezet kunnen worden”, waarschuwen zij in de toelichting. “Minister van Financiën Schäuble “misleidt het publiek over de risico’s van de bankenunie en de Bondsdag is diepe slaap”.

De professoren kondigen aan nog meer aanklachten in te gaan dienen tegen de overige elementen van de bankenunie: het gemeenschappelijk afwikkelingsmechanisme (Single Resolution Mechanism (SRM) en de bijbehorende afwikkelingsfondsen. Ook hiervoor zijn volgens eisers geen toereikende rechtsgrondslagen in de EU-verdragen.

Bron: Die Welt