Indien er niets gebeurt, dan is het zeer de vraag of we nog voor de negende maal verkiezingen gaan houden voor het Europese Parlement in mei 2019, schrijft Herman Matthijs, hoogleraar Openbare Financiën aan de UGent en de VUB en lid van de Hoge Raad Financiën.
De laatste jaren is het geopolitieke landschap rondom de Europese Unie (EU) geen voorbeeld van stabiliteit. De oorlogen in Oekraïne, Syrië, Libië en de daarmee gepaard gaande massastroom van vluchtelingen wegen enorm op de toekomst van de Unie.
Deze gewezen deelstaat van wijlen de Sovjet-Unie heeft er na zijn onafhankelijkheid op economisch vlak geen echt succes van gemaakt. De laatste jaren heeft het land de nodige interne politieke tegenstellingen beleefd om dan te zien dat Vladimir Poetin de Krim terug tot Russisch grondgebied verklaarde. Het Europese antwoord is er een van economische sancties. Maar of die Poetin veel pijn doen is maar de vraag. Het ziet er op zijn minst naar uit dat de EU zichzelf zwaar in de eigen voeten heeft geschoten met deze sancties. Want het feit dat vele Europese goederen en voedsel niet meer geëxporteerd mogen/kunnen worden naar Rusland, is een meer dan serieuze streep door de rekening van de EU-bedrijven en -landbouwers.
Bovendien heeft Europa geen enkel strategisch noch economisch belang bij Oekraïne. Men krijgt het tegenover Moskou en ook tegen de Europese bevolking nooit verkocht dat Oekraïne lid zou moeten worden van de EU en de NAVO. De realiteit gebiedt ons te stellen dat dit land het statuut heeft van bufferstaat. Daarom kan men alleen maar besluiten dat de EU zich in dit dossier volledig overspeeld heeft. Een militair optreden van het westen in deze zaak heeft geen enkel nut.