Langzaam wordt ook de zorg Europeser, en er komt burger noch parlement aan te pas

Het fenomeen stond al in alle boeken over de Europese Unie, maar is sinds De aanval op de natiestaat van Thierry Baudet breder bekend geraakt: er komt steeds meer Europees beleid. Als er eenmaal een maatregel op Europees niveau is genomen, komen er op dat terrein vaak heel veel andere Europese maatregelen en regels bij. De ene stap in de richting van Europees beleid leidt tot weer meer Europees beleid. En zo heb je voor je het weet binnen een paar jaar een heel nieuw Europees beleidsterrein. Gezondheidszorg blijkt een prachtige illustratie van dit proces.

Deze week promoveert Anniek de Ruijter bij de Universiteit van Amsterdam op het proefschrift A silent revolution: the expansion of EU power in the field of human health. De titel vat het argument treffend samen: hoe ongemerkt met kleine, langzame stappen de gezondheidszorg van een puur nationaal beleidsterrein langzaam Europeser werd. De Ruijter laat in haar werk mooi zien hoe dit proces exact in zijn werk gaat.

De Ruijter toont aan dat er een grote discrepantie kan bestaan tussen de Europese theorie en de Europese praktijk. In theorie is gezondheidszorg nationaal beleid en heeft de EU nauwelijks bevoegdheden. Dit is de taal van de Europese verdragen die juridisch leidend zijn voor het functioneren van de EU. Ten minste, dat is de theorie. De Ruijter laat zien dat de praktijk er heel anders uitziet: de EU probeert via allerlei andere wegen alsnog tot beleid te komen, al is de juridische status daarvan vaak onduidelijk.

Lees dit artikel van Chris Aalberts verder op The Post Online

Macht van EU op gezondheidsbeleid groeit

Hoewel de Europese Unie juridisch slechts beperkt bevoegd is als het gaat om gezondheidsbeleid, is de invloed van de EU op dit gebied groter dan het lijkt. Dit heeft onbedoelde en serieuze implicaties voor fundamentele mensenrechten. Dat blijkt uit promotie-onderzoek (A Silent Revolution: The Expansion of EU Power in the Field of Human Health, a Rights-Based Analysis of EU Health Law & Policy) van Anniek de Ruijter. Ze promoveert op 16 januari aan de Universiteit van Amsterdam.

De Ruijter analyseerde de groeiende invloed van de EU op gezondheidsbeleid met betrekking tot fundamentele rechten. Ze keek daarvoor naar drie casus, waaronder één over de wijze waarop de EU omging met de varkensgriep in 2009.

‘Omdat niet-bindende afspraken veelal samenhangen met bindende regels, is het niet zo makkelijk voor lidstaten om zich aan de afspraken of voorschriften op Europees niveau te onttrekken,’ vertelt de Ruijter. Uit haar onderzoek blijkt dat de macht van de EU ten aanzien van gezondheidsbeleid steeds maar blijft groeien omdat deze praktische gebondenheid uiteindelijk vaak weer wordt gevolgd door juridische regels.

‘Gezondheidsbeleid kan al heel snel een impact hebben op fundamentele mensenrechten. Bij dit beleid spelen bijvoorbeeld fundamentele rechten op toegang tot de gezondheidszorg en het recht op de bescherming van privacy en persoonsgegevens een belangrijke rol. Bij de uitbraak van de varkensgriep werden bijvoorbeeld de medische gegevens van patiënten met de griep door heel de EU verspreid,’ aldus de Ruijter.

‘Als dit beleid steeds belangrijker wordt en ook nog eens een impact heeft op fundamentele rechten, dan kan men zich de vraag stellen of het wel zo legitiem is, vooral als niet zeker is wat de juridische basis is van sommige gebieden van het EU-gezondheidsbeleid.’

De Ruijter onderzocht niet alleen de varkensgriep maar ook de groeiende rol van de Europese bureaucratie die zich met gezondheidsbeleid bezighoudt, en het Europees beleid waarbij de toegang tot ziekenhuizen en artsen over de grenzen van de nationale zorgsystemen worden geregeld.

Bron: Universiteit van Amsterdam >>>