Nauwelijks controle op noodfondsen

De Algemene Rekenkamer kraakt harde noten over het beleid van de Nederlandse regering ten aanzien van Europese steunprogramma’s en noodfondsen. Controle, verantwoording en transparantie over de gegeven leningen schieten ernstig tekort en democratische verankering ontbreekt.

De Nederlandse belastingbetaler loopt voor tientallen miljarden risico bij de Europese noodfondsen zonder dat er sprake is van een deugdelijke controle of democratische verankering van de besluitvorming. Dit constateert de Algemene Rekenkamer in haar rapport, dat vorige week verscheen.

Deze conclusie vormde een serieuze aanleiding voor FTM om hier eens wat dieper in te duiken. Hoe zit het eigenlijk met die noodfondsen? Hoe zijn de noodfondsen tot stand gekomen? Waar is het geld voor gebruikt? Wanneer wordt het terugbetaald? Is er onafhankelijke controle op de bestedingen en de resultaten? Wat voor financiële risico’s loopt ons land? Wat voor gevolgen hebben die voor onze toekomstige schatkist en daarmee voor de staatsbegroting? Tenslotte, bepaald niet onbelangrijk: is er democratische controle op de toekenning en het uitgeven van het geld?

Sinds het uitbreken van de eurocrisis in het voorjaar van 2010 is 850 miljard euro in diverse noodfondsen gepompt door eurozone belastingbetalers. Uit die pot is inmiddels ruim € 440 miljard aan leningen ook daadwerkelijk uitgekeerd aan in financiële problemen verkerende eurolanden als Griekenland, Ierland, Portugal en Spanje. De besluitvorming over het toekennen van deze noodsteun is destijds onder hoge druk en haastig tot stand gekomen. Hoe begrijpelijk ook, vindt de Algemene Rekenkamer, hierdoor zijn de consequenties niet goed doordacht en zijn controle en verantwoordingsmechanismen gebrekkig gebleven.

Lees dit artikel van Jean Wanningen verder op Follow The Money >>>

Rekenkamer: onduidelijk waar geld noodfondsen terechtkomt

Waar de miljarden euro’s aan noodsteun die Griekenland en andere eurolanden krijgen precies terechtkomen, is onduidelijk. En op Europese beslissingen over de noodsteun is onvoldoende democratische controle. Dat zegt de Algemene Rekenkamer in een gepubliceerd onderzoeksrapport.

Sinds 2010 zijn verschillende Europese noodfondsen opgetuigd om zwakke eurolanden op de been te houden. In totaal hebben deze fondsen een uitleencapaciteit van 850 miljard euro. Inmiddels is 440 miljard euro aan steun verstrekt, zo becijferde de Rekenkamer. Nederland staat garant voor 90 miljard en keerde bijna 8 miljard euro daadwerkelijk uit.

De Rekenkamer schrijft:

Er is weinig zicht op waar het geld dat via de Europese noodfondsen wordt uitgeleend, precies terechtkomt.

Over het tweede steunpakket voor Griekenland stelt de Rekenkamer vast:

Er is geen informatie beschikbaar waaruit blijkt hoe Griekenland deze noodsteun feitelijk heeft besteed, behalve dat er 18 miljard euro is uitgekeerd aan de Griekse banken.

De Rekenkamer stelt zich ook op als hoeder van de democratie. De democratische controle op de Eurogroep, het overlegorgaan van de ministers van Financiën van de eurolanden, zou tekortschieten. De Eurogroep is een “informeel” orgaan dat geen verantwoording verschuldigd is aan het Europees Parlement, schrijft de Rekenkamer. “Deze constructie wringt in toenemende mate”. De Eurogroep speelt een belangrijke rol bij noodfondsen waarmee “vele honderden miljarden euro’s van de inwoners van de eurolanden” zijn gemoeid.

Lees het hele artikel op het NRC >>>