Feest in Brussel en Limassol: Cyprus ligt niet langer aan het infuus van Europa. De republiek is uit het hulpprogramma getreden, deze middennacht. Dat lijkt op goed nieuws, maar dat is het niet.
Cyprus is een doorvoerhaven van Russisch en Oekraïns fout geld, dat lokale bankiers weer in Griekse staatsobligaties belegden. Een slechtere combinatie is inderdaad haast niet denkbaar. In mei 2013 kwam de EU via stabiliteitsfonds EMS met het eerste geld over de brug maar dat ging niet zomaar: Cyprus moest de banken hervormen, schulden saneren en de economie moderniseren. Nu is de eilandstaat officieel ‘uit’ het hulpprogramma en dat is ‘een succesverhaal’. Het ESM heeft een presentatie gemaakt van dertien pagina’s, met daarin alles wat Cyprus en Europa bereikt hebben. Helemaal onderaan op de laatste pagina treffen we een ‘kleine’ kanttekening aan.
Het grootste succes is dat de rente op staatsleningen hard is gedaald. Het vertrouwen in het land neemt toe. Maar komt dat omdat Cyprus er gewoon beter voor staat, of omdat beleggers nergens anders heen kunnen met hun geld, onder meer door de huidige lage rente? Het lijkt op het laatste. Zo is de staatsschuld niet afgenomen, maar is enkel de snelheid waarmee deze stijgt afgenomen. Vorig jaar nam deze met een half procentpunt toe. Cyprus is dus nog steeds niet in veiliger water, integendeel. Het ESM heeft bijzondere terminologie voor een land dat door niemand meer vertrouwd wordt, bijvoorbeeld omdat het zo blut is. In plaats van dat we erkennen dat het beter is om niet nóg meer geld uit te lenen aan iemand die al in de schuldsanering had moeten zitten, praten we over ‘eventjes geen toegang meer tot de markt hebben.’ Nu is die ’toegang’ er wel, maar dat komt omdat de EU een reddingspakket heeft klaarstaan van € 10 miljard groot en niet omdat het intrinsiek zoveel beter gaat.