Hoe Al Qaida wordt gefinancierd met Europees losgeld

Europese ingezetenen vormen een ideaal doelwit voor de islamitische terreurgroep Al Qaida, omdat hun regeringen vaak bereid zijn losgeld te betalen voor hun ontvoerde burgers. Dat blijkt uit een onderzoek van The New York Times.

De krant, die voor het onderzoek in gesprek ging met vrijgelaten gijzelaars, onderhandelaars, diplomaten en regerings-vertegenwoordigers uit Europa, Afrika en het Midden Oosten, schrijft:

Al Qaida en de directe onderafdelingen hebben sinds 2008 minstens 125 miljoen dollar [93 miljoen euro, red.] aan inkomsten uit ontvoeringen ontvangen, waarvan 66 miljoen dollar [49 miljoen euro, red.] afgelopen jaar werd uitbetaald. […] Deze betalingen waren volledig afkomstig van Europese regeringen die het geld, vaak vermomt als ontwikkelingsgeld, via een netwerk van tussenpersonen overmaakten.

De afgelopen vijf jaar vormde Frankrijk het voornaamste doelwit van Al Qaida. Dat is ook het land dat naar verluidt het meeste geld heeft overgemaakt: 58,1 miljoen dollar (43,4 miljoen euro) aan Al Qaida in de Islamistische Maghreb (AQIM). De bedragen werden over gemaakt via staatsbedrijven zoals kernenergieproducent Areva die tien gijzelaars voor betaald losgeld kreeg. Zowel Areva als de Franse regering ontkennen deze aantijgingen overigens.

Uit het rapport blijkt verder dat Oostenrijk, Duitsland, Italië, Spanje, Finland en Zwitserland ook losgeld hebben betaald, al ontkennen alle landen dit. Qatar en Oman zouden 20,4 miljoen dollar (15,2 miljoen euro) hebben betaald uit naam van Europese regeringen voor de vrijlating van Finse, Oostenrijkse en Zwitserse burgers die ontvoerd waren in Jemen.

Lees verder op Voxeurope