Syriza moet op de knieën vanwege Spanje

Ook als gecertificeerde crisisjunk ben ik al lang het overzicht kwijt in de almaar voortdurende Griekse schuldensage. Te veel Uren U, te veel deadlines, te veel één-voor-twaalf-momenten.

Iedere nieuwe tranche, iedere nieuwe afbetaling, ieder nieuw overleg levert nu al vijf jaar lang apocalyptische taferelen op. Trekken de Noord-Europese crediteuren nu eindelijk de stekker eruit? Houden de Griekse debiteuren nou eindelijk de eer aan zichzelf? Of dreigt dan de grote kladderadatsj?

Steeds bleek toch een halfbakken compromis mogelijk, bleek de Griekse overheid toch de vereiste miljoenen bij elkaar te kunnen schrapen, bleek Merkel uiteindelijk toch inschikkelijker dan Schäuble had voorgespiegeld, en bleek er toch een nieuwe hervormingsagenda met de Grieken te kunnen worden afgesproken.

Met de verkiezingsoverwinning van Syriza begin dit jaar is dit kippenspel echter in een beduidend schrillere toonsoort komen te staan. Over werkelijk iedere komma, iedere procentpunt, elke hervorming wordt nu gestreden als ging het om een strategisch kruispunt in een stadsguerrilla op leven en dood. En dus wordt de publieke opinie nu al zes maanden bespeeld met voorstellen en tegenvoorstellen die gaan over primaire begrotingsoverschotten van één procent in 2015, twee procent in 2016, drie procent in 2017, 3,5 procent in 2018, en meer van dat soort flauwekul. Alsof politici in de volatiele wereld van vandaag überhaupt in staat zijn het schip van staat op zo’n precieze koers te houden.

Het punt is dat de bereidheid van de kant van Merkel en de haren om Griekenland opnieuw, voor het oog van de wereld, tegemoet te komen tot op het nulpunt is gedaald. Sterker, als je het onderhandelingsspel van de laatste zes maanden ook maar een beetje hebt gevolgd, weet je dat het al lang niet meer gaat over de houdbaarheid van de Griekse schuld, het primaire overschot op de Griekse begroting, de Griekse pensioengerechtigde leeftijd, het Griekse minimumloon, de privatisering van Piraeus, Griekse arbeidsmarkthervormingen of zelfs maar het lidmaatschap van Griekenland van de eurozone.

Totale vernedering van de Griekse populisten is sinds januari het onuitgesproken doel. Syriza moet en zal op de knieën. De ruggengraat moet worden gebroken. En dat heeft niets met Griekenland te maken – hinderlijke kiezelsteen in de hiel van de Europese schoen – maar alles met Spanje, de vierde grootste economie van de eurozone, waar zo’n zelfde progressief populistische beweging op het punt staat de middenpartijen weg te vagen.

Lees deze column van Ewald Engelen verder op de Groene Amsterdammer >>>

HSBC-klokkenluider wordt raadgever bij Podemos

Hervé Falciani, de man die als gewezen medewerker van de Britse financiële groep HSBC Holdings, de lijst met geheime Zwitserse bakrekeningen naar de pers lekte, wordt adviseur bij de Spaanse politieke partij Podemos. Het jonge radicaal-linkse Podemos wordt getipt als de grote winnaar bij de komende regionale en nationale verkiezingen.

Podemos kondigde recent aan dat de Frans-Italiaanse gewezen bankier Hervé Falciani de partij zal helpen bij het opstellen van haar verkiezingsprogramma. Falciani, die ook vlot Spaans spreekt, zou zich volgens een partijverantwoordelijke vooral focussen op de strijd tegen de fiscale fraude.

Pablo Iglesias, voorzitter van Podemos, reageerde verheugd op het nieuws. “Duizendmaal dank aan Falciani voor zijn aanbod om ons te helpen bij het opstellen van een programma,” aldus Iglesias. “Dat is een niet te onderschatten steun in de rug.”

Dat Falciani politieke ambities koestert, was al duidelijk geworden bij de jongste Europese verkiezingen. Toen stond hij op de lijst van Partido X die van de strijd tegen corruptie een prioriteit wil maken.

In maart worden er in Spanje vervroegde verkiezingen gehouden in de dichtbevolkte regio Andalusië, in mei volgen de andere regio’s. Eind dit jaar zijn er nationale verkiezingen gepland. Polls geven Podemos 24 procent van de stemmen over heel Spanje. Met die score zou Podemos de tweede grootste partij van het land worden, net achter de conservatieve Partido Popular.

Bron: Express

Hoe Brussel Podemos in Spanje bestrijdt

De euro staat op knappen. Een muntunie met zeer economisch zeer verschillende staten is een slecht idee gebleken. Na de overwinning van de eurokritische communisten in Griekenland dreigt in het armlastige Spanje hetzelfde te gebeuren. Daarom haalt Brussel elk manipulatiemechanisme uit de kast om de Spanjaarden te laten denken dat het goed met ze gaat. Helaas is dat gegoochel met cijfers nogal doorzichtig.

In Griekenland heet de beweging Syriza, de Spaanse evenknie heet Podemos. De partij is nog geen jaar oud maar wist vorige week meer dan 100.000 mensen te mobiliseren voor een mars tegen het door Brussel opgelegde bezuinigingsbeleid.

Podemos wil een basisinkomen voor iedereen, een overheid die actief de werkloosheid bestrijdt en is gematigd eurokritisch. Vooral onder de Spaanse jongeren, die met een werkloosheid van 60% moeten leven, is Podemos bijzonder populair. Als er nu verkiezingen gehouden zouden worden is het goed denkbaar dat Podemos er met de overwinning vandoor zou gaan. Dan zou er naast Griekenland een tweede hulpbehoevende natie zijn die openlijk rebelleert tegen het keiharde bezuinigingsregime en dat moeten we natuurlijk niet willen.

De reactie van Brussel op die ontwikkelingen is voorspelbaar. Eerst belooft de commissie van Jean-Claude Juncker meer geld. Daarna komt er een stortvloed van berichten dat het allemaal wel meevalt met die Spaanse economie. Leuk is het niet, dat bezuinigen, maar het helpt wel is het credo.

Mooi. Het gaat weer helemaal crescendo met de economie, nu maar wachten tot de gewone man weer aan de bak kan. Maar met die cijfers van Eurostat is iets bijzonders aan de hand.

Lees dit artikel van Arno Wellens verder op 925

Ook de Spanjaarden de straat op tegen bezuinigingen

Tienduizenden Spanjaarden zijn zaterdag in het centrum van Madrid de straat opgegaan om hun steun te laten blijken voor de linkse protestbeweging Podemos (‘wij kunnen’).

De betogers schreeuwden leuzen als ‘Yes we can’ en ’tik tak tik tak’, waarmee zij wilden duidelijk maken dat het laatste uur heeft geslagen voor de politieke machthebbers.

De jonge beweging, een jaar geleden opgericht, wil een einde aan de bezuinigingspolitiek in Spanje. Podemos steunde de campagne van de linkse partijencoalitie Syriza van Alexis Tsipras in Griekenland, die zich ook verzet tegen bezuinigingen.

Podemos won in mei vijf zetels in het Europees Parlement en gaat aan kop in peilingen voor de lokale, regionale en parlementsverkiezingen dit jaar.

Podemos-aanhangers hopen dat hun protestcampagne uiteindelijk leidt tot het opstappen van premier Mariano Rajoy. Volgens de beweging moet de regering niet het eigenbelang dienen, maar in dienst staan van het volk. In Spanje zijn er de afgelopen zes jaar al geregeld protesten geweest tegen bezuinigingen.

Bron: Nu

Podemos, het Syriza van Spanje

Podemos, Spain’s new leftist party, is challenging austerity and winning public support.

Podemos (“We can,” in Spanish) is the name of Spain’s newest political party — resembling the slogan of Barack Obama’s 2008 campaign. But not much else links Obama and Pablo Iglesias, the 30-something public face of the party.

After all, Podemos has put forth a radical program based on class politics. Their proposals include citizen audits of public and private debt, shortening the workweek to 35 hours, reducing the retirement age to 60, illegalizing for-profit layoffs, a universal basic income, parliamentary control over the European Central Bank, and abolishing private credit rating agencies.

But most importantly, Podemos uses a decision-making model strikingly different from the two mainstream parties. They call it the “constituent process.” A number of local “circles” peppered across Spain shape the overall party structure. Made up of anyone who wants to participate, these circles introduce and debate proposals for the party to take up. Each circle has an organizational leadership that works by compulsory rotation. And each avoids a subordinate relationship to the circles in Madrid, where the party was founded and where Iglesias and other key organizers participate.

Voting and circulating proposals online makes this kind of politics possible. Everyone’s on equal footing, and everyone has a chance to lead the party.

Podemos took many by surprise this past May when nearly 1.25 million Spaniards voted for them in the European Parliament elections. This nearly 8 percent vote share earned Podemos five seats.

Lees verder op Jacobin Magazine