Zowel Oekraïne als de EU voeren het associatieverdrag al uit, terwijl het nog niet geratificeerd is. Thierry Baudet en Erik de Vlieger zijn voornemens in een kort geding procedure de Nederlandse staat te dagvaarden om alsnog, langs de weg van de rechter, te eisen dat de democratische rechten van de Nederlandse bevolking worden gerespecteerd.
Met verbijstering zien we hoe de Europese Unie het aankomende referendum negeert. Niet eerder ontstond zulke massale commotie over een voorgenomen uitdijing van de EU: bijna een half miljoen Nederlanders steunden de bijzondere gelegenheidscoalitie van betrokken burgers, websites en denktanks die onder de noemer GeenPeil campagne voerde tegen de onzalige politiek van onder andere Verhofstadt en Van Baalen jegens een buurland. En niet eerder werd zulks zo flagrant weggewuifd als nu. Volgens peilingen zou bijna 75 procent van de stemmers op dit moment nee zeggen.
In een persbericht van 31 december maakte de Commissie echter doodleuk bekend dat het gehele associatieverdrag vanaf de volgende dag van kracht zou worden. ‘Op 1 januari 2016 beginnen de EU en Oekraïne de Diepe en Omvattende Vrijhandels Zone (…) de rest van het associatie-akkoord is al sinds November 2014 van kracht.’
Eerder twitterde Porosjenko, de nieuwe president van Oekraïne, dat ‘het Brusselse parlement het associatie-akkoord heeft geratificeerd. Alle EU-landen hebben het ratificatie-proces nu gecompleteerd’.
Toen de politicus in Nederland was zei hij – terwijl hij samen met Rutte een persconferentie gaf – ‘Het referendum stopt dit associatie-verdrag niet’. De Nederlandse premier ging hier niet tegenin.
Maar voor de duidelijkheid: doordat GeenPeil het benodigde aantal handtekeningen verzamelde, heeft Nederland het akkoord niet kunnen ratificeren.
Wij, de burgers van één van de oudste democratieën ter wereld, moeten onze goedkeuring nog geven. Dit is ook bevestigd door de minister van Buitenlandse Zaken, Bert Koenders, in zijn antwoord op vragen van de Tweede Kamer van 26 oktober 2015. Koenders voegde daaraan toe: ‘Het verdrag kan pas in werking treden als alle partijen het verdrag hebben geratificeerd’.
In weerwil daarvan blijkt nu dat de regering het akkoord gewoonweg voorlopig invoert.