Journalisten dagen Europees Parlement voor de rechter

Een team van journalisten uit alle landen van de Europese Unie sleept het Europees Parlement voor de rechter. Ze spannen een zaak aan bij het Europese Hof van Justitie omdat het parlement weigert inzage te geven in de manier waarop de 751 Europarlementariërs de toelages besteden die ze ontvangen naast hun salaris.

De journalisten hadden voor hun respectievelijke landen verzoeken gedaan op basis van de Wet openbaarheid van bestuur. Die verzoeken zijn in september afgewezen. Voor Nederland is de NOS bij het project betrokken.

Naast hun vaste maandelijkse (salaris-)vergoeding krijgen de leden van het Europees Parlement ook toelagen voor algemene kosten, voor reis- en dagvergoedingen en om medewerkers te betalen. Het internationale team van 29 journalisten, werkend voor radio, tv, kranten, internet en tijdschriften, wil inzage krijgen in de onderliggende documenten voor die vergoedingen. Maar het EP weigert om deze uitgaven te onderwerpen aan een openbaar onderzoek.

Volgens het parlement werd vorig jaar 474 miljoen euro uitgegeven aan de parlementsleden, meer dan een kwart van de begroting. Het gaat dan om salarissen, reiskosten, algemene kosten, kantoorkosten en kosten voor de persoonlijke staf. Het Europees Parlement besteedt per maand alleen al 3,2 miljoen euro aan vergoeding voor algemene uitgaven, zonder dat daar toezicht op is. Pogingen om dit te regelen, zijn herhaaldelijk door de Europarlementariërs weggestemd.

Het Europa-brede WOB-initiatief begon in juni, toen journalisten van alle lidstaten van de Europese Unie toegang vroegen tot declaraties, bonnen en facturen. Het Europees Parlement wees de verzoeken af vanwege privacybescherming en omdat het honoreren ervan te veel werk met zich zou meebrengen. Ook zei het EP dat het niet beschikt over documenten die gaan over de besteding van de algemene toeslagen.

Bron: NOS

Europees Hof van Justitie heeft meer macht dan regeringsleiders

Ze prikken geen vorkje met Barack Obama en wisselen geen hatelijkheden uit met Vladimir Poetin. Hun gezichten zijn onbekend bij het publiek en er zit nooit een leger journalisten op ze te wachten, zoals bij de Europese Raad. Toch zijn de besluiten die de 21 mannen en zeven vrouwen in het Europese Hof van Justitie nemen soms belangrijker voor burgers en bedrijven dan die van de regeringsleiders.

Op 16 juni is het weer zover. Dan spreekt het Hof een oordeel uit over de vragen die het Duitse grondwettelijke hof heeft gesteld over de rechtmatigheid van het opkoopprogramma OMT van de Europese Centrale Bank. De Duitse rechters betwijfelen of de ECB dat mag doen, maar zullen zich waarschijnlijk schikken in een andersluidend oordeel van hun Europese collega’s.

De hooggeleerde rechters beraadslagen achter gesloten deuren. Ze besluiten met meerderheid van stemmen, maar maken niet bekend wie tegenstemt of waarom, zoals het Amerikaanse hooggerechtshof. Op die manier houden ze de intergouvernementele slagorde — iedere lidstaat benoemt een rechter — gesloten achter een communautair front. Want het Hof is meestal wel een aanjager van de Europese integratie. In het monumentale gebouw op de Luxemburgse Kirchberg hangt dan ook een plechtige atmosfeer. Van buiten doen de twee gouden torens van ieder 24 etages — één voor elke officiële EU-taal — denken aan de Twin Towers. Van binnen is het net de lobby van een duur en ouderwets hotel. Dat mag ook wel voor de € 500 miljoen die de Europese belastingbetalers ervoor hebben neergeteld.

Het is ook de enige EU-instelling waar het Frans zijn vooraanstaande positie heeft weten te behouden. De burger mag zijn recht halen in zijn eigen taal en in de processen is een van de 24 talen leidend. Maar de rechters moeten in één taal met elkaar de degens kruisen. Die lingua franca is nog altijd het Frans.

De besloten clubsfeer staat echter onder druk. Een sluimerend conflict over de uitbreiding van het Gerecht van Eerste Aanleg — het onderdeel van het Europees Hof waar burgers en bedrijven sinds 1989 rechtstreeks beroep kunnen instellen tegen EU-besluiten — kwam deze week tot een climax met een besloten hoorzitting in het Europees Parlement. Uitbreiding zou dringend nodig zijn om de grote achterstand van zaken weg te werken. Er liggen al vijf eisen tot schadevergoeding wegens overschrijding van de redelijke procestermijn.

Het Hof, dat vreemd genoeg zelf wetsvoorstellen mag indienen, vroeg daarom twaalf extra rechters. Maar na vier jaar praten, konden grote en kleine lidstaten geen antwoord bedenken op een klassieke Europese rekensom: hoe deel je 12 door 28? Ze adviseerden de president van het Hof, de Griek Vassilios Skouris, zeer discreet om een klassieke Europese oplossing aan te dragen: ‘Vraag er 28. Dan praat niemand er meer over.’ Skouris liet het zich geen twee maal zeggen. Hij integreert het zeven leden tellende Gerecht voor Ambtenarenzaken in het Gerecht voor Eerste Aanleg, en claimt er 21 rechters bij. Dat maakt 56, precies twee per lidstaat.

De strijd is echter niet gestreden.

Lees verder op het Financieele Dagblad >>>

Duitse bank spant rechtszaak aan tegen ECB

Een Duitse bank heeft een rechtszaak aangespannen tegen de Europese Centrale Bank (ECB), omdat de kredietverlener niet onder het toezicht van de ECB wil vallen. De kosten die zijn verbonden aan het ECB-toezicht zouden te hoog zijn voor de bank. Dat meldde zakenkrant The Wall Street Journal.

De regionale bank Landeskreditbank Baden-Württemberg (L-Bank) heeft de zaak aangespannen bij het Europese hof. Sinds november houdt de ECB toezicht op de 120 grootste banken van Europa. Eerder werd dat gedaan door de nationale toezichthouders en centrale banken.

L-Bank stelt dat er fors hogere kosten zijn verbonden aan het toezicht van de ECB, waardoor de kredietverlening aan klanten in het gedrang komt. Daarom wil de bank weer onder het toezicht komen van de Duitse financiële waakhond Bafin en de Bundesbank. Bovendien is het zakelijke model van de bank heel eenvoudig waardoor toezicht van de ECB onnodig is, aldus L-Bank.

Lees verder op het AD

Europees Hof van Justitie is een gevaar voor alle democratieën

The European Court of Justice has this time departed a long way from the rule of the law, even by its own elastic standards.

By Ambrose Evan Pritchard

The European Court of Justice has declared legal supremacy over the sovereign state of Germany, and therefore of Britain, France, Denmark and Poland as well.

The ECJ’s advocate-general has not only brushed aside the careful findings of the German constitutional court on a matter of highest importance, he has gone so far as to claim that Germany is obliged to submit to the final decision. “We cannot possibly accept this and they know it,” said one German jurist close to the case.

The matter at hand is whether the European Central Bank broke the law with its back-stop plan for Italian and Spanish debt (OMT) in 2012. The teleological ECJ – always eager to further the cause of EU integration – did come up with the politically-correct answer as expected. The ECB is in the clear. The opinion is a green light for quantitative easing next week, legally never in doubt.

The European Court did defer to the Verfassungsgericht in Karlsruhe on a few points. The ECB must not get mixed up with the EU bail-out fund (ESM) or take part in Troika rescue operations. But these details are not the deeper import of the case.

The opinion is a vaulting assertion of EU primacy. If the Karlsruhe accepts this, the implication is that Germany will no longer be a fully self-governing sovereign state.

The advocate-general knows he is risking a showdown but views this fight as unavoidable. “It seems to me an all but impossible task to preserve this Union, as we know it today, if it is to be made subject to an absolute reservation, ill-defined and virtually at the discretion of each of the Member States,” he said.

In this he is right. “This Union” – meaning the Union to which EU integrationists aspire – is currently blocked by the German court, the last safeguard of our nation states against encroachment. This is why the battle is historic.

“His opinion is a direct affront to the German court. It asserts that the EU court has the final say in defining and creating the EU’s own powers, without any national check,” said Gunnar Beck, a German legal theorist at the University of London.

“This would be a fundamental transformation of the EU from a treaty organisation, which depends on the democratic assent of the sovereign states, into a supranational entity.”

Lees deze column van Ambrose Evan Pritchard verder op The Telegraph

Advies Hof van Justitie EU: ECB kan legitiem staatsobligaties opkopen

Het Hof van Justitie van de Europese Unie (EU) heeft woensdag gezegd dat de Europese Centrale Bank (ECB) legitiem grote aantallen staatsobligaties van eurozonelanden kan opkopen om zo de economie in de regio te stabiliseren. De uitspraak komt op het moment dat de centrale bank zich voorbereid om mogelijk een kwantitatief verruimingsprogramma (QE) te gaan inzetten.

Het advies van de advocaat-generaal van het Hof, Cruz Villalon, komt in reactie op een rechtszaak, die is aangespannen door Duitse tegenstanders van het verruimend beleid van de ECB. Zij stellen dat een al bestaand opkoopprogramma, de Outright Monetary Transactions (OMT), in strijd is met het EU-verdrag. Hoewel het advies van Villalon niet bindend is, volgt het Hof dit in de regel wel. Een uitspraak wordt binnen vier tot zes maanden verwacht.

Een negatief advies zou het voor de ECB lastiger hebben gemaakt om een QE-programma te starten. Daarvoor trof de centrale bank onder leiding van president Mario Draghi de afgelopen tijd de voorbereidingen. De verwachting onder marktvolgers is dat Draghi tijdens het rentebesluit op 22 januari zal bekendmaken dat de ECB ook gaat starten met de opkoop van staatsleningen, in een poging hiermee de ultralage inflatie in de eurozone te bestrijden en de economie van de muntunie een impuls te geven.

Duitse beleidsfunctionarissen bij de ECB, onder leiding van havik Jens Weidmann, zijn echter van mening dat een opkoopprogramma van staatsobligaties is strijd is met zowel het mandaat van de centrale bank, als ook met het EU-verdrag. Het advies van Villalon gaat hier dus tegen in, hoewel ook hij beperkingen zet op de opkoop-activiteiten van de ECB, om te voorkomen dat de centrale bank een verkapte vorm van staatssteun gaat bieden aan lidstaten, iets dat niet binnen het mandaat valt.

Lees verder op Beurs