NLse banken steken 10tallen miljoenen in megakippenbedrijf Oekraïne

Nederlandse banken hebben tientallen miljoenen euro’s uitgeleend aan een van de grootste kippenboerderijen ter wereld, in Oekraïne. Het goedkopere vlees dat hier op de markt is een rechtstreekse concurrent van vlees van de Nederlandse boeren, die zich aan veel meer regels moeten houden.

Dat blijkt uit een vandaag gepubliceerd rapport van de Stichting Onderzoek Multinationale Ondernemingen (Somo). Het Oekraïense Myronivsky Hliboproduct (MHP) is in handen van Yuriy Kosiuk, een van de rijkste mannen van Oekraïne. Op 380 duizend hectaren land ten zuid-westen van Kiev produceert MHP eigen kippenvoedsel en worden jaarlijks 332 miljoen kippen geslacht, ingevroren, verpakt en uiteindelijk geëxporteerd.

Ter vergelijking: in Nederland worden jaarlijks 465 miljoen kippen geslacht. Binnen nu en twee jaar wil het bedrijf fiks groeien met het oog op het aanstaande vrijhandelsakkoord tussen Oekraïne en de EU, dat de export waarschijnlijk een boost zal geven.

De banden tussen MHP en Nederland zijn stevig. Nederland is een van de belangrijkste afnemers: vorig jaar werd ruim 12 duizend ton kippenvlees geïmporteerd vanuit Oekraïne – hoofdzakelijk van MHP. Nederlandse bedrijven leverden techniek voor bijvoorbeeld de Oekraïense slachterijen.

Er zijn ook financiële banden. Rabobank en ING hebben miljoenen euro’s geïnvesteerd in de kippenfabriek. Rabobank maakt in de periode 2008-2018 127,1 miljoen euro over aan MHP, ING investeert 42,8 miljoen.

Vooral in het geval van Rabobank is dat saillant. De voormalige Boerenleenbank steunt op deze manier een directe concurrent van de Nederlandse kippenboeren – Wakker Dier noemde dat ‘een mes in de rug’ van die boeren. Bovendien is in Oekraïne veel minder toezicht op dierenwelzijn dan elders in de EU, terwijl Rabobank zegt een streng dierenwelzijnsbeleid te hanteren en te hechten aan duurzame ontwikkeling.

Lees verder op de Volkskrant >>>

Zo wordt u door de bank genomen

Banken beconcurreren elkaar helemaal niet, in Europa. Per land is er een marktleider en de rest volgt braaf. Het lijkt geen opzet te zijn, maar een gebrek aan marktwerking is er zeker.

Vorige week vroegen we ons af hoe het kan dat ING in Nederland het drievoudige rekent als in België, voor een identiek product. Onze zuiderburen betalen een rente van 2,5 procent voor een autolening, in Nederland betalen we voor hetzelfde product, op dezelfde auto, bij dezelfde bank het drievoudige tarief. Hoe is dat mogelijk? Als we alle beschikbare leningen in Europa opvragen ontdekken we dat banken hun tarieven ‘clusteren’. Hierboven ziet u een stukje uit de Europa-brede sample die we de afgelopen maanden hebben verzameld.

In elk land is er een marktleider, met het laagste tarief, die wordt aangeduid met een rode streep. In het blok erboven zitten de tarieven van andere banken. Wat opvalt is dat het geen communicerende vaten zijn. Het feit dat Belgische banken veel gunstiger tarieven aanbieden heeft geen invloed op het niveau waar de Nederlandse banken op zitten: tussen de 7,5 en 9 procent. Elk Europees land heeft dus een specifiek tariefgebied waarbinnen banken concurreren, zonder zich ook maar iets van de omringende landen aan te trekken. En als banken al over de grens opereren, zoals ING, dan gaan ze in dat tariefgebied van de concurrenten zitten. Daarmee is het Europese mededingsbeleid een ramp geworden.

Het was juist de bedoeling dat geredde banken aangespoord zouden worden om harder te concurreren.

Lees dit artikel van Arno Wellens verder op 925 >>>

Blame the Banks

Why is Greece chastised for reckless borrowing while the financial institutions that profited for years seem to get off scot-free?

One of the first lessons I was taught on Wall Street was, “Know who the fool is.” That was the gist of it. The more detailed description, yelled at me repeatedly was, “Know who the fucking idiot with the money is and cram as much toxic shit down their throat as they can take. But be nice to them first.”

When I joined in Salomon Brothers in ‘93, Japanese customers (mostly smaller banks and large industrial companies) were considered the fool. My first five years were spent constructing complex financial products, ones with huge profit margins for us—“toxic waste” in Wall Street lingo—to sell to them. By the turn of the century many of those customers had collapsed, partly from the toxic waste we sold them, partly from all the other crazy things they were buying.

The launch of the common European currency, the euro, ushered in a period of European financial confidence, and we on Wall Street started to take advantage of another willing fool: European banks. More precisely northern European banks.

From ‘02 until the financial crisis in ‘08, Wall Street shoved as much toxic waste down those banks’ throats as they could handle. It wasn’t hard. Like the Japanese customers before them, the European banks were hell bent on indiscriminately buying assets from all over the globe.

They were so willing, and had such an appetite, that Wall Street helped hedge funds construct specially engineered products to sell to them, made of the most broken and risky subprime mortgages. These products—the banks called them “monstrosities” and later the media dubbed them as “rigged to fail”—only would have been created if they had reckless buyers, and the European banks were often those buyers.

When a bank buys an asset it is lending money; the seller is the borrower.In buying various assets European banks were doing what banks are supposed to do: lending. But by doing so without caution they were doing exactly what banks are not supposed to do: lending recklessly.

The European banks weren’t lending recklessly to only the U.S. They were also aggressively lending within Europe, including to the governments of Spain, Portugal, and Greece.

Lees verder op The Atlantic

ECB handhaaft noodsteun voor Griekse banken

De Europese Centrale Bank (ECB) handhaaft de omvang van de noodsteun voor Griekse banken op het niveau van afgelopen vrijdag. Dat maakte de ECB zondag bekend. De centrale bank staat paraat om het besluit ten aanzien van de noodsteun opnieuw onder de loep te nemen, als dat noodzakelijk is. De ECB houdt de situatie in Griekenland naar eigen zeggen nauwgezet in de gaten.

Daarbij wordt onverminderd samengewerkt met de centrale bank van Griekenland, zei ECB-president Mario Draghi. Hij benadrukte verder dat de eurolanden zaterdag hebben beloofd al het mogelijke te zullen doen om de kracht van hun muntunie te verdedigen.

De Griekse centralebankpresident Yannis Stournaras zei in het persbericht van de ECB dat zijn centrale bank alle maatregelen zal treffen die noodzakelijk zijn om de financiële stabiliteit voor Griekse burgers te garanderen. Die stabiliteit is in gevaar gekomen door de grote onzekerheid over de economische toekomst van Griekenland.

Lees verder op de Volkskrant >>>

In IJsland verdwijnt het bankgespuis gewoon achter de tralies

Today, the Reykjavík District Court ruled in the most extensive banking case so far, a case of market manipulation and loans to Kevin Stanford and other businessmen to buy shares in Kaupthing, alleged to have part of the market manipulation by Kaupthing senior managers.

This is a complicated case, where the Office of Special Prosecutor went through, in court, months of trades to show a pattern they claimed was consistent with charges of market manipulation. – The judgement will no doubt be appealed by those who were sentenced.

Sigurður Einarsson ex-chairman of the board of Kaupthing [zie foto, red.] was sentenced to a year. Hreiðar Már Sigurðsson, the banks CEO at the time, was found guilty but not sentenced to prison because he has already been sentenced in another case, the al Thani case. According to Rúv, Einarsson sentence will be added to the four years he was sentenced to in the al Thani case. Ingólfur Helgason, Kaupthing manager of Icelandic operations was sentenced to 4 1/2 year. Magnús Guðmundsson manager of Kauphing’s Luxembourg operations was acquitted as was another employee, Björk Þórarinsdóttir member of Kaupthing’s credit committee. Bjarki Diego credit officer at the time was sentenced to 2 1/2 year. Three employees, who carried out the relevant trades, got suspended sentences of 18 months to two year.

One thing, which has proved valuable in this case as in other similar cases, is phone tabs. Interestingly, they have all been done after the collapse.

A complicated case – and contrary to what some seem to think Iceland has a similar legislation regarding market manipulation and other financial fraud as other Western countries. The difference is that there is a will to prosecute these cases: they are time-consuming to investigate but it is perfectly doable and the stories are simple. The fact that big banks are too big to investigate in other countries is only because there is a lack of appetite among authorities and politicians – there really is no other reason, no other explanation.

Lees verder op Sigrun Davidsdottir’s Icelog >>>

Bankenfiasco

Weet u nog, al die (directe en indirecte) reddingsacties voor de bankensector, zoals SMP, LTRO 1 & 2, EFSF, ESM, ELA, OMT en nog een rij afkortingen waarachter duizenden miljarden schuilgaan, die zijn ondernomen om de bankensector op de been te houden? Of het feit dat de ECB ook nog de rente heeft verlaagd en de kwalificaties voor onderpand heeft verslapt (welke bezittingen van banken gelden als onderpand om bij de ECB te gebruiken)? Of de hervormingen die banken robuuster moesten maken, zoals Basel III, two pack en nog wat van die programma’s? Met al deze maatregelen en initiatieven zou de bankensector in de eurozone nu toch wel eens volledig gerepareerd moeten zijn, nietwaar? Niets is minder waar!

Tot die conclusie kwam ik bij het lezen van het meest recente rapport van het IMF over de stabiliteit van de financiële sector. Normaal moet er bij veel IMF rapporten de ‘roze-bril-correctie’ toegepast worden (IMF is vaak veel te positief) en moet er rekening gehouden worden met de politieke en economische ideologie van het IMF. Maar soms spreken data voor zich en/of is er toch iemand kritisch genoeg bij het IMF om bepaalde misstanden te rapporteren. Zo ook in dit rapport.

Nou zijn er vele factoren waar naar gekeken kan worden om de gezondheid van de financiële sector te bepalen. Aangezien de laatste crisis die wij gekend hebben een schuldencrisis was, is het geen gek idee om naar het aantal leningen te kijken dat in gevaar is (zogenaamde NPL, non-performing loans) bij banken, om zodoende een beeld te krijgen van de risico’s. In de grafiek hieronder is duidelijk te zien dat de NPLs nog steeds schrikbarend hoog zijn, zo’n €900 miljard. Sinds de crisis, zijn deze alleen maar verder gestegen!

Lees deze column van Alexander Sassen van Elsloo verder op De Financiële Telegraaf

Het amorele systeem waarin wij leven

Joris Luyendijk onderzocht in Londen hoe de mannen en vrouwen van het grote geld leven en denken. Ze schakelen de moraal gewoon uit, is zijn conclusie. Maar let op: ‘In Nederland gebeurt precies hetzelfde, en niet alleen bij de banken.’

Zijn boek is een verslag van antropologisch veldwerk in de City, het financiële centrum van Londen, maar nu hij door Nederland trekt en lezingen geeft in alle hoeken en gaten, hoort Joris Luyendijk overal hetzelfde: Wat u beschrijft, gebeurt bij ons ook. De bezieling is verbannen uit ons werk, de waarde ervan gaat verloren, alles wat overblijft zijn meetbare doelen, cijfers, rendementen, targets. ‘Dit kan niet waar zijn’ staat op nummer één in de boeken top tien, niet omdat het over Londen gaat, maar omdat het over ons gaat: de City is overal.

Luyendijk: “Ik kom in plaatsen als Oss en Terneuzen en Schagen, ik ontmoet heel gewone mensen, en die zeggen: in mijn ziekenhuis gaat het net zo, of op school, of in een bedrijf. De waarde van het werk wordt niet meer bepaald door het nut ervan, maar door de cijfermatige output. Neem de publieke omroep. Voorheen luidde de opdracht aan een programmamaker: volg wat er gaande is in de wereld en maak daarover een uur goede televisie. Nu: je moet 17 procent binnenhalen van de mensen in de leeftijdscategorie 25 tot 40 in het tijdslot van 21.05 tot 22.00 uur. En dat is de publieke omroep. Maar wanneer hebben we daarvoor gekozen, wanneer hebben we in verkiezingen gezegd dat we deze amorele koers willen volgen?”

De bankiers leven in een amoreel universum, schreef u al, en nu blijkt dat in andere sectoren ook het geval?
“Veel mensen doen het gewoon zonder moraal, die zijn conformistisch en staan liever niet stil bij dit soort kwesties. Anderen compartiseren het: ze hebben wel degelijk een moraal, maar niet op het werk. Ik heb in de City mensen ontmoet die diep religieus waren, maar de waarden van hun kerk, synagoge of moskee volledig buiten beschouwing lieten bij hun professionele handelen. Dan waren ze bij wijze van spreken soldaten, dan droegen ze een bankiersuniform en deden ze dingen die ze anders nooit zouden doen.

Lees dit artikel van Stevo Akkerman (ook de reacties zijn de moeite waard) verder op Trouw

Banken kosten economische groei

ABN Amro-bestuursleden, met een vast salaris van 608.000 euro per jaar, hadden zichzelf vorige maand een ton opslag toebedacht.

Ze slikten die zeventien procent salarisverhoging pas in na protesten van de samen­leving, politiek en eigen medewerkers. De bestuurders steken nog zuinig af bij de topmannen van ING en Nationale Nederlanden, die 28 en 39 procent opslag ontvingen.

Waarom verdienen bankiers zoveel meer dan andere mensen? Zelf wijzen ze er graag op dat zonder krediet de economie op z’n gat ligt – iets wat we de afgelopen jaren aan den lijve hebben ondervonden. Klopt dus. Welnu, vervolgt de bankier, de maatschappij heeft zo ongelooflijk veel baat bij goed draaiende banken, dat ze er dus ook een forse vergoeding voor over heeft.

Hier zit de denkfout. Omdat haperende banken zoveel schade aanrichten, moeten goed draaiende banken dus wel bijzonder waardevol zijn voor de economie. Dat lijkt logisch, maar is het niet. Ter vergelijking: omdat droogte zo schadelijk is, moet een overstroming wel bijzonder heilzaam zijn. Geld als water? Inderdaad, je kunt er ook te veel van hebben.

Dat is precies wat de wetenschap de laatste jaren vindt. Stel je een grafiek voor met economische groei op de verticale as en de omvang van de financiële sector, gemeten door de hoeveelheid uitstaande leningen, op de horizontale. Het lijntje geeft aan of een grotere financiële sector goed is voor economische groei (stijgende lijn) of slecht (dalend). Economen hebben de data van tientallen economieën over de laatste halve eeuw erbij gezocht en de stipjes verbonden. Wat blijkt? De curve heeft de vorm van een hobbel. Links, op het opgaande stuk, zitten landen met weinig bank. Zij hebben baat bij meer bank: hun economie gaat er harder van groeien. Rechts, voorbij de top, liggen landen die langzamer gaan groeien naarmate ze een grotere financiële sector hebben. De top zelf ligt ongeveer op de plek waar de totale hoeveelheid uitstaand krediet (van banken en andere financiële instellingen) even groot is als het bruto binnenlands product (bbp).

Schrik niet: dat punt passeerde Nederland in 1978. De financiële sector is hier al een kwart eeuw groter dan gemiddeld gesproken gezond is. De hoeveelheid uitstaande leningen is nu bijna tweeënhalf keer zo groot als onze economie. De helft daarvan is bankkrediet. Om even bij de metafoor te blijven: de bankier die ons toeroept dat we zonder hem financieel uit­drogen, heeft niet door dat het water ons tot de lippen staat.

Lees deze column van Dirk Bezemer verder op De Groene