De euro is een wanproduct

Wat is het een ongelofelijke klerezooi met die euro.

Het spijt me zeer dat ik me zo ondiplomatiek uitlaat. Maar de hoogspanning die in de eurozone is ontstaan door de controversiële stimuleringsactie van de Europese Centrale Bank (ECB) en door de verkiezingen in Griekenland toont maar weer eens aan wat een wanproduct die gezamenlijke munt is.

Het gaat mijn verstand te boven waarom politici destijds dachten dat het een goed idee was om dit economische experiment te beginnen om louter politieke redenen. Er is alleen maar ellende van gekomen. Nog altijd bestaat de muntunie uit zo’n onsamenhangend groepje landen dat ik van gekkigheid niet weet hoe deze proef ooit kan slagen.

Zowel door het optreden van de ECB als door de opstelling van de nieuwe Griekse regering is het wij-zij-denken weer helemaal terug. Wat nou Europese gedachte? Wat nou gezamenlijk optrekken? De centrale bank steunt Zuid-Europa en dat vinden wij in Noord-Europa fout. De Grieken willen hun geld niet terugbetalen en dat pikken wij in het noorden niet.

De ECB is een onafhankelijke centrale bank die optreedt ten dienste van de gehele eurozone. Alleen zijn de onderlinge verschillen dusdanig groot dat het ECB-beleid voor sommige landen wél goed is en voor andere landen níét. Dat blijft een zwakte van de euroconstructie.

De eurolanden zijn nog altijd soevereine staten, waardoor nationale verkiezingen kunnen leiden tot resultaten die haaks staan op Europese afspraken. Met de Griekse verkiezingswinst van Syriza is opnieuw duidelijk dat nationale democratie zich niet verhoudt tot de Brusselse dwingelandij.

Lees deze column van Martin Visser verder op De Telegraaf