Er zijn veel redenen om asielzoekers op te vangen, maar horen economische daarbij? Yvonne Hofs zocht het uit.
Wat kost een asielzoeker? Een heikele vraag, die politiek zeer gevoelig ligt. Wie hem stelt, wordt al gauw in de xenofobe hoek gezet. Dit gaat immers over vluchtelingen, over mensen. De vraag hoeveel de asielzoeker-immigranten Nederland gaan kosten, ook op lange termijn, is in veler ogen onethisch, omdat de opvang als een humanitaire plicht wordt beschouwd.
Prima. Maar als die vraag er niet toe doet, waarom proberen zoveel migratiedeskundigen en journalisten dan te bewijzen dat asielzoekers het gastland op den duur veel gaan opleveren? Om vervolgens te betogen dat Nederland en andere Europese landen de verhoogde immigratie moeten omarmen? Waarschijnlijk omdat ze bang zijn extreemrechts in de kaart te spelen dat de vluchtelingen afschildert als profiteurs en daarmee succes boekt. Maar dat ongemak rechtvaardigt niet dat de waarheid wordt verdoezeld en de feiten worden verdraaid. En dat gebeurt nu wel.
De vraag hoeveel asielmigranten kosten is van belang, omdat het voor de toekomst van de verzorgingsstaat nogal uitmaakt of ze aan de financiële houdbaarheid daarvan bijdragen of dat ze die juist aantasten. De ervaringen in de afgelopen 25 jaar geven weinig aanleiding tot optimisme. De meeste Nederlanders stellen prijs op een goed sociaal vangnet. Ongeacht of Nederland invloed kan uitoefenen op de omvang van de asielinstroom, is de politiek daarom verplicht de financiële consequenties van de instroom in kaart te brengen en daar zijn beleid op aan te passen. De kop in het zand steken lost niks op. Wensdenken evenmin.
Zelfs het Sociaal en Cultureel Planbureau, een instituut dat niet bekend staat om zijn rechtse sympathieën, vindt dat de politiek legitieme zorgen negeert. SCP-directeur Kim Putters stelde vorige week in Trouw dat de overheid burgers die zich ongemakkelijk voelen over de sterk gestegen asielinstroom voor voldongen feiten stelt. ‘De besluiten worden niet altijd genomen door de mensen die ook de gevolgen dragen’, zei Putters. ‘Deze week hebben we bij het SCP wat cijfers over vluchtelingenstromen uit het verleden op een rij gezet. In 1993 en 2000 hadden we ook te maken met veel oorlogsvluchtelingen. Van de Somaliërs is 70 procent afhankelijk van de bijstand. Van de Syriërs is dat 60 procent en van de Eritreeërs is dat 50 procent. Dat is een probleem dat vraagt om een politiek debat.’
Er is geen kosten-batenanalyse voorhanden van asielzoekers die een verblijfsstatus hebben of genaturaliseerd zijn. In antwoord op Kamervragen van de PVV heeft het kabinet dit jaar alleen iets losgelaten over de kosten van asielzoekers in de opvangcentra, dus degenen die net zijn aangekomen en geen verblijfsvergunning hebben. Asielzoekers hebben de rijksoverheid in 2014 940 miljoen euro aan onderdak, levensonderhoud, gezondheidszorg, advocaatkosten, uitzetkosten, administratie, begeleiding en scholing gekost. Dit jaar is daar 1,4 miljard euro voor uitgetrokken, exclusief de kosten voor onderwijs aan asielzoekerskinderen (vorig jaar ruim 56 miljoen euro). In deze rekensommen gaat het dus niet over (ex-)vluchtelingen mét verblijfsvergunning. Juist zij trekken een onevenredig zware wissel op de verzorgingsstaat, zoals Kim Putters constateerde.